bliek nog maar een keertje met zijn jonge-meisjes-nichtje. Het hielp niets. Zij scheidde officieel van j.l.l. op 12 mei 1971 om reden van mishandeling, drankzucht en verwaarlozing. Vier maanden na haar scheiding trouwde Myra met de detective die zij had ingehuurd om j.l.l.'s trouweloze gedrag te bespioneren.
Jaren Elizabeth Gunn Pate. j.l.l. trouwde met haar vijf maanden na de scheiding van Myra. De samenwoning duurde twee weken. De echtscheiding werd acht jaar later uitgesproken, onder andere omdat de echtelieden ‘not had cohabitated as husband and wife since October 1971’ (aldus luidde j.l.l.'s klacht). Jaren had wat anders in te brengen tegen j.l.l.: overspel, wreedheid, drug- en drankgebruik.
Shawn Kleinhans. Zij was j.l.l.'s vooralsnog laatste, opnieuw jonge, bruidje. Zij werd op 24 augustus 1983 dood gevonden in het huis van The Killer. Men beschuldigt j.l.l. nog steeds in persartikelen ervan dat hij haar met drugs, pillen of drank - zo niet met een combinatie daarvan - om het leven heeft gebracht. De juridische perikelen hebben nog steeds geen einde gevonden. [Na 1983 volgden er tenminste nog één huwelijk en nòg meer commotie, b.b., 1990.]
j.l.l. zingt door. Zijn meeslepende vertolking van het Lippman/Dee-nummer ‘Too young [to really be in love]’ - waarvan hij de mooiste en pompendste versie in 1973 opnam, en die onder andere te vinden is op de Franse Impact-elpee Jerry Lee Lewis uit 1977 - kan als een onbedoelde biografische bijdrage van The Killer tot de pedorock worden beschouwd. Want jonge, zeer jonge meisjes hebben het leven en de muziek van Jerry Lee Lewis tot een gruwelijke, angstaanjagende rock and roll-hel gemaakt.
Nick Tosches geeft in zijn biografie een hele lijst van drankmisbruik, auto-ongelukken, kilometervreterij, wapengebruik (j.l.l.'s schietpartij op Elvis' erf werd klassiek), contractbreuk en vechtpartijen waar men, nuchter en wel, dronken van wordt. Een schrijver over het leven en de muziek van The Killer loopt voortdurend het gevaar de biografie boven de muziek te stellen.
Dat risico wilde Wim de Boer in geen geval lopen. Deze ‘presi-