Uitbreiding over honderd leerzaame zinnebeelden(1722)–Claes Bruin– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina IX] [p. IX] Op de Uitbreiding, over honderd Leerzaame Zinnebeelden, Van den zoetvloeijenden Dichter Cl. Bruin. Roem 't Hieroglifisch zinnebeeld, In Memfis zonnehof geteeld, Waar mê de hooge Egiptsche naald Tot aan den Hemel heeft gepraald, Een onuitputb're wysheidsbron, Die Plato tot zich lokken kon, Op dat hy met dien zinneschat [pagina X] [p. X] Verschynen zoude in Pallas stadt, Waar door de wysheid der Kaldeen, Kanopus priesters niet alleen: Maar alle geesten deezer aard Zou nooden tot haar bedevaart. Van dit, zo wonderlyk gesticht, Vertoonen zich nog voor 't gezicht Veel brokken: doch vol duisterheid, Bewaard, om de oude majesteit. Dees schoone Egiptsche vondeling, Die Romen van Athene ontving, Bracht de eedle Penningwysheid voort, Wiens kracht de waarheid onderschoort. Dees wysheid deelt de lauwerblaân, Waar op men ziet geschreven staan Den roem der helden, die wel eer Door pen, en raad, of krygsgeweer, Verheven zyn tot hoogen stand, Ten dienst en nut van 't vaderland. Dees edele metaale schat Verlicht des lands Historieblad, [pagina XI] [p. XI] Waar op zelfs de alverslindbre tyd Zyn' diamante tanden slyt. Dees laakt en straft den aartstyran Met zyn afgryslyk vloekgespan, En roemt den vreede, en 't heilig recht, Of doemt den kryg, die steden slecht, En leert dus in haar' ommevang Der Ryken op-en ondergang. o Hartverlokk'lyk Zinnebeeld, Van Memfis dochter voortgeteeld, Ik tel u by geen bastaard kind, Dat lust in geile liefde vindt: Maar eere uwe overschoone Spruit, Die niets dan deugd in zich besluit, Welke onze ziel met majesteit Van Godtsvrucht kleedt, en heerlykheid, Gelyk ik haar door de eedle pen Des wakk'ren Zededichters ken, Die klapwiekt als een blanke zwaan, Wanneer hy zwemt in Godts Jordaan, [pagina XII] [p. XII] Of schept verfrissing by de bron, En waterval van Libanon, 't Gebergte, op wiens verheven' kruin De Dichtlauwrierkroon groeijt voor Bruin. PIETER LANGENDYK, Vorige Volgende