basisgegevens
gestandaardiseerde naam kamer:
[naam onbekend]
spelwijze in bron(nen):
[naam onbekend]
varianten:
zinspreuk:
''t Coren bloetsel 's menschen voetsel'
gebruikte code:
BREC
patroonheilige:
vroegste bronvermelding:
1538
gedoopt:
geografisch-politieke situering van de kamer
plaats:
Brecht
(stad/dorp/vrijheid):
Dorp
district:
Markgraafschap Antwerpen
gewest:
Brabant
korte geschiedenis
In twee beknopte artikels heeft J. Ernalsteen aangetoond dat er in Brecht een rederijkerskamer was. Een eerste verwijzing naar 'Rhetorikers' dateert uit 1538. In 1562 is sprake van de 'rhetorica camer'. Uit een processtuk uit 1601 blijkt dat de 'Camere van Retorica' voor de troebelen een 'silvere schaele met het devys: 't coren bloetsel 's menschen voetsel' bezat. De enige bronvermelding die Ernalsteen opgeeft, klopt echter niet.
documenten
reglementen:
ledenlijsten:
rekeningen:
inventarissen:
processtukken:
rekwesten:
rentetitels:
correspondentie:
literaire productie:
historische nota's:
andere nota's:
verantwoording
broncitaten:
Ernalsteen 1920, 116 (afschrift uit manuaal 1538 (verloren gegaan) in nota's J. Michielsen, geen bronvermelding):
'Op den halfvastendach tsavonts doen de Rethorikers vergaderd hadden geweest in 't scalienhuys en de Rethorikers genoot waren tot Mr Lo(dewyck) en uten huyse comende zoe is gecomen Willem Noyts buyten den Rooster te Swaenenwaert'
Ernalsteen 1920, 116-17 ('Extract vut zeker schultboeck achtergelaten ende bevonden jnd sterfhuyse wylen Gu(m)maers vande Venne fa(n) buyten getekendt N° 9den 23 Juny 1572 Luyden(s) jn 't Capittel onder defre & onderhande(lende) p(a)rtyen aldus'):
'a° 1562: de selve rest noch ses stuvers van drie pinten wyns op den kermisdach op de rethorica camer 6 st.'
Ernalsteen 1956, 50 (bron: Rijksarchief Antwerpen, Brecht nr. 64, 104r-v (11 december 1601) (nu onbekend))
'Daenleggeren Gilden van St. Joris en Ste Ursula als ignorerende ontkennen de feyten in de voors. oepenen brieven verhaelt ende alhier geposeert, vuegende daertoe dat het geposeerde feyt van de silvere schaele met het devys: 't coren bloetsel 's menschen voetsel, heeft gecompeteert de Camere van Retorica binnen Brecht ende nyet de voors. Gulden, dwelck daenleggeren in tijden en wijlen verhoepen te thoonen, ingevalle van ontkennen...'
literatuur:
Van Elslander 1968, 27.
Michielsen 1887, 22; Ernalsteen 1920; Ernalsteen 1956.
naar bibliografie