Brieven aan de uitgever van het tijdschrift Nederland 1873-1886
(1965)–Jan ten Brink, Cd. Busken Huet– Auteursrechtelijk beschermd204Parijs, 6 December 1880. WelEdele Heer, Hierbij voor het Januarij-nummer van ‘Nederland’ een opstel over de Belgische Feesten van 1880. Het is niet voor splitsing vatbaar. Den omvang schat ik op 2½ vel.Ga naar voetnoot284 Heb ik wèl geteld, dan kompeteert mij over het 2de halfjaar 1880, aan honorarium, 220 bladzijden of 13¾ vel ad ƒ 40, te zamen ƒ 550. Verpligt mij svp., indien wij hierin akkoord gaan, door dit bedrag voor mijne rekening af te dragen aan de HH. Burdet & Druyvesteyn te Amsterdam. Met genoegen heb ik gezien, dat Schimmel voornemens is, flink te gaan bijdragen. Wie is Mr. Van Logchem, de dichter der ‘Blonde Lokken’? Hij verdient in elk geval een pluimpje.Ga naar voetnoot285 Ook W. Otto's ‘Elisabeth Hoofman’ vond ik een goed stuk. Doch hoe kwam Dr. Coronel aan den moed, zulke wartaal over de Grot van Han te laten drukken?Ga naar voetnoot286 Het boek van Max Rooses vind ik voortreffelijk; gelijk ik hem ook geschreven heb.Ga naar voetnoot287 U zult daaraan ongetwijfeld veel genoegen beleven. Funke, verneem ik, gaat zijn fonds verkopen. Is dit ernst? Zoo ja, maak u dan meester svp. van mijne Italiaansche en mijne Fransche reisaanteekeningen. Die zouden met mijn Land van Rubens een goed geheel vormen, en ik zou kans zien, althans Parijs en Omstreken geheel te vernieuwen voor een tweeden druk.
Hoogachtend
9 Rue de Médicis. |
|