Stommen ridder
(1973)–G.A. Bredero– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 52]
| |
Klinck-dichtGhelijck een Arent hooch doorsweeft des Hemels tenten,Ga naar voetnoot1
En door zijn scharp gesicht beoocht de lage aart,
Zo sweeft u vlugge geest (o Bredero) vermaart,
Wiens scharp verstandt uytbeeldt het dichtsel van u prenten.Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
De zuyverheyt van spraack ghy hebt ghesocht te enten
Door vloeyend' soete rijm in ons Neerduytsche taal,
En gheeft ons 'trechte spoor van reden wickincx schaal,Ga naar voetnoot7
Waar door ghy onsterflijck blijft bloeyend' in u lenten.
De waarheyt van deez' zaack, de stomme sal't u segghen,
10[regelnummer]
Doorleest en wel herknaut, het werck zijn meester prijst,
Ghy vint de nutticheyt die uyt zijn spreucke rijst.Ga naar voetnoot11
Zo dat het Plautus zelf niet beter kon uytleggen:
Dies kan geen traghe tong de roem van deez' Poeet
Na waart wtspreken 'tloon, 'tgheen aan hem is besteet.
T. Hartoch Yvert na 'trecht.Ga naar voetnoot- |
|