Groot lied-boeck
(1975-1983)–G.A. Bredero– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 214]
| |
I: 299Op de Stem: Indien het claghen can. Melodie naar Pieuse Alouette 1619, p. 121.
Tekstplaatsing naar Bataille 1608, f. 65v-66r. Bij Bredero, onder andere wijsaanduidingen, ook voor: a Adieu schoonheden preuts (I: 387); b Aenschout, o Heer, mijn hert (I: 573); c Als 't oogh van mijn gemoed (I: 530); d Ay hooch verheven ziel (I: 492); e De moeyelijcke strijt (I: 431); f Hoe star-ooght mijn gesicht (I: 556); g Ia mijn bedroefden geest (I: 410); h O ghy neus-wyse hoop (I: 607); i Och snelle winden (I: 412); j Vaert wel, Scepters, vaert wel (I: 618); k Wat staet ghy dus en suft (I: 553); bruikbaar voor: l Daer synder nu soo veel (I: 558); m Dit leven werdt van my (I: 589); n de liederen genoemd bij nr. 52a. | |
[pagina 215]
| |
|
|