Groot lied-boeck
(1975-1983)–G.A. Bredero– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 541]
| |
CLXIX Nieu-Jaer-Liedeken
Stem: 't Is huyden een dagh van vrolijckheyd &c.
Rijst uyt den slaep, der sonden snoot,Ga naar voetnoot1
Weest wacker en voorsichtigh:Ga naar voetnoot2
Siet op, o mensch! 't is hooge noot,
Want die saeck is soo wichtigh,
5[regelnummer]
Van d'aertsche schat sy niet belanght,Ga naar voetnoot5
Maer daer u saligheyd aenhanght,Ga naar voetnoot6
Het hooghste goet verkoren,Ga naar voetnoot7
Den oude mensch willigh versaecktGa naar voetnoot8
Wilt ghy zijn als een kind naeckt
10[regelnummer]
Vernieut ende herboren.
De oude tijdt is soo snel voor heenGa naar voetnoot11
Gelijck een windt gedreven,
Maer d'oude mensch berooft van reenGa naar voetnoot13
Is oud en boos gebleven:
15[regelnummer]
Waer in dat hy verhard, verstijft,Ga naar voetnoot15
Door d'oude lust die hem soo drijft
In 's werelds vals behagen,Ga naar voetnoot17
Die moetwilligh in sonden blijft,
En met God niet is ingelijft,Ga naar voetnoot19
20[regelnummer]
Die salt te laet beklagen.
| |
[pagina 542]
| |
Tracht nu de nieuwe tijd begintGa naar voetnoot21
Nae nieuwe goede sinnen,Ga naar voetnoot22
Den nieuwen mensch God seer bemintGa naar voetnoot23
Die met nieuwe liefd' beminnenGa naar voetnoot24
25[regelnummer]
Sijn waerheyd, sijn woord, sijn leer
Met nieu vertrouwen inden Heer
Die mensch mach hem verblijen,Ga naar voetnoot27
Want Godes gunst, Gods heyl vol eer
Gods zegen sal na syn begeer,
30[regelnummer]
Hem seer gebenedijen.Ga naar voetnoot30
Die d'oude boosheyd staegh behaeghtGa naar voetnoot31
En kiest tot zijn vermaken,
Die werd in 't leste hert geplaeghtGa naar voetnoot33
Met klagelijcker wraecke,Ga naar voetnoot34
35[regelnummer]
Een verschrickelijck loon van 't quaed
Sal volgen nae de boose daed:
Och menschen laet het quade,
Bekeert u nu eer 't is te laet,
Dewijl den toegangh open staet,Ga naar voetnoot39
40[regelnummer]
Tot den troon der genade.
Die voor d'oude valscheydt gruw't,Ga naar voetnoot41
En 't oude quaet recht haten,Ga naar voetnoot42
Die werden inden Geest vernuwt,Ga naar voetnoot43
En Gods nieuwe lidtmaten.Ga naar voetnoot44
45[regelnummer]
De Heer vernieut dan haer gedacht,Ga naar voetnoot45
De Heer die geeft haer versche kracht,
| |
[pagina 543]
| |
De Heer vervormt haer wenschen,Ga naar voetnoot47
De Heer heeft op dit nieu volck acht,Ga naar voetnoot48
De Heer beschermt dit nieu geslacht,
50[regelnummer]
Wel salig nieuwe menschen.
Geeft Heer dat wy dit Nieuwe Jaer
In nieuwe deughd besteden,
En verleent ons menschen te gaerGa naar voetnoot53
Een nieu salige vreede.
55[regelnummer]
Vader geeft dat ons hert en Geest
U kinderlijcken eerd en vreest,Ga naar voetnoot56
Ootmoedigh en bequame,Ga naar voetnoot57
En maeckt ons Heer van nieuwen wilGa naar voetnoot58
Godvruchtigh, heyligh ende stil,
60[regelnummer]
Als nieuwelingen Amen.Ga naar voetnoot60
|
|