Groot lied-boeck
(1975-1983)–G.A. Bredero–
Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 136]
| |
XXXI Liedt
Stemme: 't Schaep dat voer na Alleckmaer om te comen, &c.
Hout u soo kost'lijck als ghy meucht,Ga naar voetnoot1
Hout u soo, etc.
En glorieert me in u vreucht,Ga naar voetnoot3
Joffvrou ick macht wel velen:Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Ghy sult niet meer mijn blije jeucht
Sijn soete vrijheyd stelen.Ga naar voetnoot6
De tochtighe lust van 't wullips hart,Ga naar voetnoot7
De tochtighe lust, etc.
Die door het oogh gheboren wert,Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
En ghevoedt door 't begeeren,
Kan door een spijd, die bitter smart,Ga naar voetnoot11
In ooghenblick verkeeren.Ga naar voetnoot12
Mijn hartsen liefde was soo groot,
Mijn hartsen liefde, etc.
15[regelnummer]
Soo dat my docht dat eer de doodGa naar voetnoot15
Mijn leven sou verslinden,
Eer dat ick u door lust of noot,Ga naar voetnoot17
Sou laten, o beminde.Ga naar voetnoot18
Maer ick sie dat mijn naarstigheyd,
20[regelnummer]
Maer ick sie dat, etc.
En liefde die ick heb gheleydGa naar voetnoot21
| |
[pagina 137]
| |
Op u mijn uytvercoren,
Is tijt-verlies en arrebeydtGa naar voetnoot23
In ydel hoop verloren.
25[regelnummer]
'K heb liever dat mijn lichaem rot,
K' heb liever dat mijn, etc.
Eer ick van yeder wert bespot,Ga naar voetnoot27
Of m' ongheval verweten;Ga naar voetnoot28
Dan ick en ben soo niet versotGa naar voetnoot29
30[regelnummer]
Of 'k kan u wel vergheten.
Wel an Jofvrou, wel an, ick ga,
Wel an Jofvrou, etc.
Maer doch misschien tot uwer scha:
Hoe schijn hoogh u verkiesen:Ga naar voetnoot34
35[regelnummer]
Ghy sult, ducht ick, weten hier na
De grootheyt uws verliesen.
Die om het aarts verganck'lijck goet,
Die om het aarts, etc.
Neemt een straf, onwetend bloet;Ga naar voetnoot39
40[regelnummer]
Die is sich sellifs teghen,
Want my dunckt dat in het ghemoet
De rijckdom is gheleghen.
En of ghy schoon (o meysjen) had,Ga naar voetnoot43
En of ghy schoon, etc.
45[regelnummer]
De geen die ghy lieft om sijn schat,
En niet om deughd' en eeren
Als ghy in onvree, met hem datGa naar voetnoot47
In treuren moest verteeren.
| |
[pagina 138]
| |
Ghy hebt my meer als langh beproeft,Ga naar voetnoot49
50[regelnummer]
Ghy hebt my meer, etc.
Ick heb oock wel te langh ghetoeft,Ga naar voetnoot51
Ick mach mijn gaen bereyden:Ga naar voetnoot52
In plaetse van te sijn bedroeft,
Sal ick met blijschap scheyden.
55[regelnummer]
Adieu moy meysgen quicx, en tjats,Ga naar voetnoot55
Adieu moy meysgen, etc.
Ghy mint, u liever, om wat schats,Ga naar voetnoot57
En acht mijn clachten, kluchten,
Paeyt and'ren oock soo snar, en batsGa naar voetnoot59
60[regelnummer]
Met uwe blaeuw uytvluchten.Ga naar voetnoot60
Vaert wel mijn lief, Adieu ick ty,Ga naar voetnoot61
Vaert wel mijn lief, etc.
Van hier, en soo ghy yets van my
Somtijdts noch wilt verhalen,Ga naar voetnoot64
65[regelnummer]
Bevleckt mijn eerelijck gevryGa naar voetnoot65
Bid ick, met geen schandalen.
Princes ick vraacht, eer ick dit sluyt,
Princes ick vraacht, etc.
Dunckt u dat dit wat spijtich luyd,Ga naar voetnoot69
70[regelnummer]
Wilt d' oorsaeck overlegghen
Dat die uyt u geveynstheyt spruyt
En u ghemaackt afsegghen.Ga naar voetnoot72
|
|