Groot lied-boeck
(1975-1983)–G.A. Bredero– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 124]
| |
XXVIII Liedt
Stemme: Belle qui m'ave blesse d'un traict, Ce doux. &c.
O Parl! en puyck der vrouwen!Ga naar voetnoot1
En bloem van onse tijd!
Twee steden sijn om u in strijd,
Elck wil hier houwenGa naar voetnoot4
5[regelnummer]
Den lof van uwe deucht,
Van u vermaertheyt, en u jeught.
Drie en vier Griecksche stedenGa naar voetnoot7
Die streden oock aldus
Om de eere van Homerus,Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
Yder had syn redenGa naar voetnoot10
Dat hy wiert, bleef en quam.Ga naar voetnoot11
Ghy Hoorn meught wel noemenGa naar voetnoot13
Als dat ghy hebt gheteeldGa naar voetnoot14
15[regelnummer]
Een wel besneden suyver beeld:
Wy sullen hier roemen
Door 't heele Amstellandt
Van haer vermaert verlicht verstandt.
Sappho door u ghedichten,Ga naar voetnoot19
20[regelnummer]
En varsen, vol vernuft
| |
[pagina 125]
| |
Sijn veel verwondert, en versuft.Ga naar voetnoot21
En door u ghesichte,Ga naar voetnoot22
Ghy blixemt ende gheeftGa naar voetnoot23
Het vier daer in myn ziele leeft.Ga naar voetnoot24
25[regelnummer]
Wat soete sachte vlammen?
Wat walen van ghemoet?Ga naar voetnoot26
Wat schielijck wandelen van bloet?Ga naar voetnoot27
Wat lieffelijck vergrammenGa naar voetnoot28
Ontsetten myn ghedaent,Ga naar voetnoot29
30[regelnummer]
Als ghy my moeten onbewaent?Ga naar voetnoot30
Te swack soo sijn myn sinnen,
Of heb ick te veel stof
Om van u deughd, om van u lof,
En oock om myn minnen
35[regelnummer]
Te uyten met bescheyt,Ga naar voetnoot35
Soo schort mijn, laes! welsprekentheyt.
Natuur heeft u ghegheven
Het beste dat ick weet:Ga naar voetnoot38
Wilt ghy niet sijn vernaamd voor wreet?Ga naar voetnoot39
40[regelnummer]
Soo neemt, o mijn leven!Ga naar voetnoot40
Al mijn bittere smert
Uyt mijn verteerd verliefde hart.Ga naar voetnoot42
|
|