Gezelschapsliederen Oud en Nieuw
(1875)–M.A. Brandts-Buys– Auteursrechtvrij
[pagina 145]
| |
De trommelaar en eens graven dochterGa naar voetnoot1).ludwig felix brandts buys. 1.[regelnummer]
Een trom - me - laar, met roo - den mond,
in 't bosch het schoonste roos-je vond,
dat ie-mand vin-den kan,
ra-ta-plan,
dat iemand vinden kan.
Hij trok het af, de snel - le gast,
en stak het in zijn knoopsgat vast,
ra-ta-plan, ra - ta - plan, ra - ta - plan, plan, plan, plan, plan,
plan -, ra - ta - plan, ra - ta - plan, plan, plan.
1.[regelnummer]
Eens graven kind met zoeten lach
Dit roosken in zijn knoopsgat zag;
Haar oog dat hing er an,
rataplan,
Haar oog dat hing er an.
| |
[pagina 146]
| |
Geen bloemken schooner op der aard';
De trommelaar was 't bloemken waard.
Rataplan enz.
3.[regelnummer]
Zij kreeg er van een maagdebloos:
'Wel vriend, geef mij die schoone roos,
Gelijk een edelman,
rataplan,
Gelijk een edelman.' -
'Die schoone roos en geef ik niet,
Ten zij ge uw trouwe hand mij biedt.'
Rataplan enz.
4.[regelnummer]
'Mijn trouwe hand en geef ik niet,
Ten zij ge een regiment gebiedt.
Kom weêr dan, vraag me dan,
rataplan,
Kom weêr dan vraag me dan.'
Een jaar verliep; een morgen vroeg
Was 't haar of weêr een trommel sloeg.
Rataplan enz.
5.[regelnummer]
Een officier, met rooden mond,
Kwam, nederbuigend tot den grond;
Hij 'leek een edelman,
rataplan,
Hij 'leek een edelman.
'Zie daar het roosje dat ik schenk,
Opdat uw hartjen aan mij denk'.'
Rataplan enz.
6.[regelnummer]
En blijder dan de grootste vorst,
Stak hij het op haar blanke borst.
Haar hartje klopte er van,
rataplan,
| |
[pagina 147]
| |
Haar hartje klopte er van.
Er was nooit schooner, liever bruid,
De trommel sloeg bij 't feestgeluid,
Rataplan enz.
pr. van duyse, geb. 1804 † 1859. |
|