[Cornelis Zillesen]
Zillesen (Cornelis), geb. in 1734, woonde meestal te Rotterdam en overleed aldaar 25 Maart 1826.
Hij schreef: Onderzoek naar de oorzaken van de opkomst, het verval en herstel der Vereenigde Nederlanden, 6 dln., Amst. 1782-'84; Wijsgeerige verklaaring der Rechten en Plichten van den Mensch en Burger, Leiden 1796; Wijsg. onderzoek wegens Neerl. opkomst, bloei en welvaart en het daarop gevolgd verval en middelen van herstel, Amst. 1796; Wijsg. beschouwing over de Representatieve Regeeringe, Utr. 1797, en andere gelijktijdige dergelijke brochures; Gesch. der Vereenigde Ned. van 1793-'98, 6 dln., 's-Hage 1798-1803; Beschrijving van den Watersnood in 1799, Dordrecht 1800. Na deze ramp wijdde hij zich aan waterstaatkundige onderwerpen, om de overkomen onheilen te weren, en gaf verder: Wis- en natuurk. onderzoek van de oorzaken der menigvuldige en allerschadelijkste rivier-overstroomingen, welke sedert het jaar 1784 door ijsverstoppingen zijn voorgevallen, Rott. 1820; Verh. over den ongunstigen waterstaat in 't noordelijk gedeelte der Nederl., Rotterd. 1823; Iets over de natuurlijke oorzaken der steeds toenemende zee-overstroomingen op de kusten der Ndl. steden onzes rijks, Rott. 1825; Wijsgeerige staatshuishoudkunde voor het kngr. der Ned., Rott. 1817; Aanhangsel op mijne wijsg. staatshuishoudkunde, Rotterd. 1819. Men zeide algemeen van hem, dat zijne bedoelingen met 's Lands waterstaat en geldmiddelen getuigden van zijne vaderlandsche gezindheid. Zijn zoon Willem Jan, werd rector te Middelburg, Arnhem, Rotterdam en Amsterdam; hij was te Rotterdam geb. in 1774 en overl. te Amst. 5 Sept. 1834. Behalve Lat. werken, gaf hij eene Ned. vertaling van Middleton's Leven van Cicero.
(Konst- en Letterbode, 1828 en '34.)