[Jan Frans Vonck]
Vonck (Jan Frans), den 29 Nov. 1743 geb. te Baardegem (Oost-Vl.), studeerde in het college der Jezuïeten te Brussel en aan de Hoogeschool van Leuven, waar hij promoveerde als licentiaat in de beide rechten. Hij vestigde zich te Brussel en onderscheidde zich daar als een der uitstekendste advocaten van den Souvereinen Raad van Brabant. Toen Keizer Jozef II de instellingen van ons land hervormde, bewerkte Vonck de Brabantsche Omwenteling van 1789, van welke hij het slachtoffer werd, daar zijn huis geplunderd en hijzelf genoodzaakt werd de wijk te nemen naar Rijsel, alwaar hij in ballingschap overleed op 1 Dec. 1792.
Ter aanvuring van den opstand verspreidde hij verscheidene vluchtschriften, benevens het boek: Naerdere onzeydige aenmerkingen of vervolg van staetkundige onderrigtingen voor het Brabantsch volk, betrekkelyk tot den Staet der Opperheerschappye aldaer in 1790, met merkelyke aenteekeningen, een Historisch byvoegzel, en eene groote menigte van geloofweêrdige stukken over den voorval van Namen, en de gevangenisse van den Generael Van der Mersch, op het Kasteel van Antwerpen, door J.F. Vonck, Licentiaet in byde de rechten, en voór deézen practiserenden advocaet voór den Raede van Brabant. Tweeden druk. Grootelijks verbeterd, en vermeerderd met nieuwe aenmerkingen, hoofdzaekelyk opzigt hebbende tot den inhoud der gevoegde stukken, die alsnu alle vertaeld zyn in het Nederduytsch (met portret van den schrijver), Rijsel 1792.