[Jhr. Mr. Daniel Marinus van Dusseldorp de Superville]
Superville (Jhr. Mr. Daniel Marinus van Dusseldorp de), geb. 12 Dec. 1801 te Middelburg, studeerde en promoveerde in 1825 te Utrecht in de rechten, en werd in 1835 rechter-plaatsvervanger in de rechtbank van eersten aanleg (later arrondissements-rechtbank) in zijn geboortestad; van 1836 tot 1857 was hij rechter in dezelfde rechtbank en overleed te Middelburg 14 Maart 1866.
Hij schreef: Lotgevallen, opkomst, bloei, trapsgewijze achteruitgang, verval en denkelijke toekomst des Turkschen rijks, 1843; Frankrijken Afrika, 1844; Geschiedkundige verhandeling, (vervolg) 1847; Napoleons loopbaan, 1848; Viertal geschiedkundige verhandelingen, 1850; Tweetal tafereelen uit de geschiedenis van Frankrijk, gedurende de laatstverloopen honderd jaren, 1852; De dynastie der Stuarts, 1852; De hertogen van Orleans uit den Capetingschen koningsstam, 1854; Welke kunnen de gevolgen der Oostersche kwestie voor het meerendeel der Europeesche volkeren en staten thans zijn? 1854; Engeland en Frankrijk, Frankrijk en Engeland, 1855; Lettervruchten aan de geschiedenis ontleend, 1856; Beknopt overzigt van Frankrrjks inwendigen maatschappelijken toestand gedurende de laatste helft der zestiende eeuw, 1858; De Janitsaren; Een zeeslag tusschen de Nederlandsche en Britsche vloten ten tijde van de Ruyter; Twee geschiedkundige tafereelen, 1860; Dichtproeven, 1861; Proza en poëzy, 1861; Beknopt overzigt over den zoo binnen- en buitenlandschen staatkundigen toestand van Europa met betrekking tot Engeland, Frankrijk, Rusland, Oostenrijk, Pruissen, het overige Duitschland, Italië en Turkije, op het einde van het jaar 1860 en bij den aanvang van het jaar 1861, 1861; Geschiedkundige herinneringen, 1862; Bladen aan de geschiedenïs der volkeren ontleend, Utr. 1863; Drietal lettervruchten op geschiedkundig gebied, 1864; Twee bladzijden uit de geschiedenis, 1864; Iets over Karel den vijfde keizer van Duitschland, koning van Spanje, heer der Nederlanden, enz. enz., 1865; al deze werkjes werden op één na te Middelburg uitgegeven. Behalve dit schreef hij nog in het Fransch eenige werkjes van geschied- en letterkundigen inhoud, en verder bijdragen in tijdschriften en jaarboekjes.