[Willem Louis de Sturler]
Sturler (Willem Louis de), broeder van den voorg., geb. te Tiel 15 Juni 1802, ging in den krijgsdienst en vertrok als officier van de Genie naar O.-Indië, vanwaar hij als gepensionneerd majoor terug kwam; hij overleed te 's-Hage.
Hij schreef: Verleden en tegenwoordige toestand van het eiland Java, (naar het Hoogduitsch van Dr. E. Selberg) Gron. 1841; Proeve eener beschrijving van het gebied van Palembang, Gron. 1843; De Landbouw tusschen de keerkringen (naar het Engelsch van G. Richardson Porte) Gron. 1845; Reis naar Java en Madura (naar het Hoogduitsch van Dr. E. Selberg) Gron. 1846; Natuurlijke voordeelen van bodem en luchtstreek van Java, in betrekking tot den maatschappelijken toestand van dat eiland, Gron. 1847; Vlugtige aanteekeningen op de ‘Beschouwingen over Ned. Indië,’ door den generaal-majoor Baron Nahuys van Burgst, Gron. 1847; Korte beschouwing van eenige der voornaamste natuurlijke voortbrengselen van den Indischen bodem met het oog op de plaatselijke vrijheid en de denkbeelden van kolonisatie op Java, Gron. 1848; Voorlezing over den innerlijken rijkdom onzer O.-I. bezittingen, in verband met den oorsprong en den aard der zedelijke en maatschappelijke gesteldheid der bevolking van die gewesten, Gron. 1849; Beschouwing van den toestand der Indische bevolking, in verband met de belangen van moederland en koloniën, Gron. 1850; Over de delving van metalen en andere mineralogische voortbrengselen in onderscheiden deelen der wereld, Gron. 1851; Beschouwingen over Nederlandsch-Indië, in betrekking tot het Reglement op het beleid der Regering van. N.-Indië, Leid. 1852; Bijdrage tot de kennis en rigtige beoordeeling van den zedelijken en maatschappelijken toestand van het Palembangsche gebied, Gron. 1855; Handboek voor den Landbouw in N.-Indië, overzigt van de kweeking en behandeling der voornaamste voortbrengselen uit het plantenrijk in de keerkringslanden, Leiden 1863; Algemeene opmerkingen aangaande de tinmijnen op Bangka, Haarlem 1867 (overgedr. uit het Tijdschrift ter bevordering van Ned. Nijverheid).