eeuwigde zijn naam over de gansche beschaafde wereld. Hij overl. 28 Mei 1700; bij zijne begrafenis hadden wij geen zanger of etser meer om die plechtigheid aan de nakomelingschap over te brengen ‘in schrift en plaat’.
Zijne tooneelwerken, zonder zijn naam uitgegeven, zijn: Medea, Amst. 1648, uitgave in folio; 2e druk in 4o. met eene ets van Rembrandt, ald. 1679; 3e dr. ald. 1680, waarachter het gedicht Muiderberg; Onschult, blsp., ald. 1662. Over de kleinere dichtstukken en verdere letterk. betrekkingen van dezen waardigen Man, zie men:
(Dr. Gr. Penon, Bijdr. tot de Gesch. der Ned. Lett., register).