[Johannes van Reyn]
Reyn (Johannes van), zoon van den voorg, geb. 20 April 1829 te Rotterdam, was eerst werkzaam in den boekhandel, 1852-'67 mede-redacteur der Rotterd. Courant, doch sedert de staking van dit blad (Juli 1867) zonder vaste betrekking.
Hij schreef: Nederlands beroemdste dichters en prozaschrijvers enz., Rott. 1852 (niet in den handel); De jonkvrouw van Heimerstein, roman (psd. Johannes Clemens), Rott. 1858; Bijdragen in zomeren wintervreugd, Rott. 1860; Beelden en tafereelen, ontleend aan de gesch. des vaderlands, Rott. 1862; Nederlandsche vrouwen van vroeger en later tijd, Rott. 1863; Hekel-, punt- en sneldichten van vroegere en hedendaagsche dichters, Rott. 1870; Een idée-fixe, novelle uit den aanvang dezer eeuw, Rott. 1873. Verder bijdragen in Bato, Leeskabinet (over: J.C. Cleve, E.M. Post en P. Nieuwland) en Navorscher.