[Mr. Sebald Jean Everard Rau]
Rau (Mr. Sebald Jean Everard), zoon van den voorg., werd geb. te Leiden 19 Nov. 1801; daar zijn vaders huis vlak vóór de ligplaats van het noodlottige kruitschip stond, bracht hij er nauwelijks het leven af en verloor zijn vader in hetzelfde jaar, zoodat hij onder de leiding zijner energieke moeder, eene gravin van Randwijk kwam. Den 30 Oct. 1818 werd hij door Van der Palm als stud. ingeschreven, volgde de voorlezingen van Bilderdijk en werd dr. juris bij de bekende promotie more majorum in 1825. Langen tijd bracht hij op zijn buitengoed te Lent door onder gestadige letteroefeningen. Eerst den 16 Sept. 1838 werd hij subst.-off. te Nijmegen en was van 1850 tot '59 rechter aldaar. Hij overleed 29 Nov. 1887 te Lent bij Nijmegen.
Schr. in het Ned.: De dood van Orpheus, lyrisch treurspel, Leid. 1836; Philoktetes van Sophocles, metrisch overgezet, Amst. 1855; P. Virgilius Maro's Enéis, metrisch overgezet, Haarl. 1862; Proeven van dramatische dichtkunst, a. Alcestis naar Euripides, b. Cedwalla, Utr. 1864; Dicht- en letterkundige studiën, Utr. 1865; Osmund, een gedicht, Utr. 1866; Proeve van aanteekeningen op de treurspelen van Vondel, Leid. 1867; Bij het feestelijk herdenken van het 325-jarig bestaan van het gymnasium te Nijmegen, Utr. 1869; Smart en troost, Utr. 1870; Oorlogszang, Utr 1871; Aan een verwonnen volk, Amst. 1872; Orfeus, lyrisch treurspel, 2de omgewerkte uitgave, Leid. 1873. Na zijn dood verscheen zijne bewerking van Bilderdijk's Ondergang der eerste Wareld, Haarl. 1890.
(Hand. Mij. Ned. Lett. 1888.)