[Petrus Nieuwland]
Nieuwland (Petrus), geb. 16 Sept. 1722 te Rotterdam, studeerde te Utrecht in de godgeleerdheid, werd in 1748 pred. te Nieuwenhoorn en in 1750 te Vlissingen. Twee jaren later ging hij naar Haarlem, in 1757 naar 's-Hage, waar hij 30 Sept. 1795 overleed.
Hij schreef: Letter- en oudheidkundige verlustingen of ophelderende aanmerkingen over verscheidene bijbelsche, kerkelijke, waereldlijke en wijsgeerige keurstoffen, 4 dln., 's-Hage 1765-'67; Noodige aanmerkingen tegen Probus over het bestaan van Spoken, 's-Hage 1766; Vermaaklijkheden uit de kerkelijke geschiedenis, 's-Hage 1770; Lectiones en Otia exegetica of uitlegkundige vermaaklijkheden bevat in verscheidene Brieven over vele bijbelplaatsen en eenige stukken over de kerkgeschiedenis, 2 dln., 's-Hage 1773-'75. Zijne geschr., waartoe ook Lat. behooren, toonen eene groote belezenheid, inzonderheid de Verlustigingen en Vermaaklijkheden, die thans te weinig bekende adversaria zijn. Hij vert. ook de Logica van Is. Watts, herdrukt te 's-Hage 1763.