[Cornelis Gerard Moeringh]
Moeringh (Cornelis Gerard), geb. te Gouda, waar hij in 1730 raad in de vroedschap werd; was er later baljuw, schout en burgemeester, en overl. er 7 April 1758.
Hij schreef in dichtmaat: Alexander en Artemisia, Treurblijeindspel, Utr. 1734; Artaxerxes, Trsp., Utr. 1737; Gehoornde Filosooph, door slagen bevredigt, Utr. 1738; Bedrooge geldgierige koppelaars, Blijsp., Utr. 1738; Belachelijke Redeneerder, klucht, Utr. 1740; Dood van Seneka, trsp., Amst. 1743; Geschaakte Bruid, blsp.; Derde Meydag, of verhuistijd, klucht, de meeste verzameld in: Tooneelstukken door een kunstbeminnaar, onder de zinspreuk: Non semper arcum tendit Apollo, Utr. 1738.