Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde
(1888-1891)–F. Jos. van den Branden, J.G. Frederiks– Auteursrecht onbekend[David van Hoogstraten]Hoogstraten (David van), oudste zoon van François, geb. te Rott. 14 Maart 1658, prom. in 1683 te Leiden in de geneesk., doch wegens geringe practijk werd hij praeceptor, later conrector te Amst., tot aan zijn emeritaat, hem 2 Oct. 1721 verleend. Hij overl. 21 Nov. 1724. Over zijne letterk. twisten schr. de heer Th. Nolen uitvoerig in het progr. van het Erasm. gymn., 1886. Schr.: Rijmoeffeninggen met zijn vriend Petrus Rabus, Amst. 1678; Tafereel van Cebes, Dordr. 1683, Amst. 1687; Gedichten, Amst. 1697, waarin: Schets der geleerdheid en wetensch. en Navolging van Cebes tafereel; Esopische Fabelen van Fedrus, in Ned. dicht vertaald en met aanmerk. verrijkt, Amst. 1703; Faernus' fabelen, Amst. 1718, 1746; Nieuw-woordenboek der Nederl. en Lat. taal, Amst. Dordr. 1704; Beginselen of kort begrip der Rederijkkunst, Amst. 1721; Beschryving der Heidensche goden en godinnen, Amst. 1715, 3e dr. 's-Hage 1761, Aenmerk. over de geslachten der zelfstandige naamw. ten dienste der taallievenden tot eene proeve opgesteld, Rott. 1711. In den derden druk luidt de titel: Lijst der gebruikelijkste zelfstandige naamwoorden, beteekent door hunne geslachten, 1725. Van dit werk verscheen in 1759 een 5e druk, bezorgd en vermeerderd door A. Kluit, 6e dr. ald. 1783; Groot algem. hist. geogr. geneal. en oordeelk. wdb., onder zijn toezicht, weldra onder dat van den adv. J.L. Schuer, z.a., Leid. 1725-'33. Hij gaf ook de Nederl. gedichten van Broekhuizen, Antonides, Dullaert en Oudaen met levensberichten in het licht. Verder A. Pels, Horatius Flaccus' Dichtkunst op onze tijden en zeden gepast, 3e dr. 1705 en J. Oudaen, Aanmerk. op dat werk; Treurspelen van Vondel, 2 dln., Amst. 1719; Mengelwerken van Hooft, Amst. 1704. |
|