[Adriaan Hendrik van der Hoeve]
Hoeve (Adriaan Hendrik van der), geb. te Amst. 26 Maart 1803, stud. sinds 12 Maart 1825, was eerst pred. te Gendringen, later te Keppel en bleef daar als emerwoonachtig.
Hij werd door de Gron. acad. bekroond voor een Lat. prijsantwoord en door 't Nut voor eene verh.: Over de viering van den dag des Heeren, Amst. 1842; schr. verder: De wereld in 't klein, 2 dln., Amst. 1853, 2e druk, ald. 1857; Het leven van Jezus voor kinderen, 2 dln., Arnh. 1855, later in verkorte uitgave; Levensbeelden, Schetsen en Verhalen, Arnh. 1858; Menschenwaan en Christendom. Een roman en geen roman, 2 dln., Amst. 1861, 2e druk, ald. 1864; Piet Voorman, een banneling in zijn eigen land, Doesb. 1869; Levensschets van J.P. de Keyser, in Letterk. 1878; Fierheid adelt. Een verhaal, 2 dln., Amst. 1879; Trekken uit het werkelijke leven (in de Bibl. voor school en volk van W.P. Wolters) 1880; Frederiks grootvader, Den Haag 1883; en verspreide stukken in verschillende tijdschriften.