[Johan Adriaan Heuff Az.]
Heuff, Az. (Johan Adriaan), geb. 5 Maart 1843 te Avezaath, waar zijne familie sinds vier eeuwen onder de inwonenden en herhaaldelijk in de regeering voorkomt, genoot zijne opleiding, eerst in de kostschool zijner woonplaats, daarna te Delft, studeerde van 1861-'66 aan de Academie, later Polyt. school, doch legde zich meer op de fraaie letteren dan op de vakken van den ingenieur toe; in 1864 begon hij zijne letterk. loopbaan met bijdr. in den Delftschen Stud. alm., waarvan hij later red. was, en verliet Delft, zonder diploma, maar met het hs., waaruit zijn eerste roman ontstond. Opmerkelijk is de kracht van zijn psd. J. Huf van Buren, waaronder hij zelfs lid van de Mij. der Ned. Letterk. werd, en menigeen hem in dit wdb. zal zoeken; als Jan van Brabant is hij minder bekend; aan zijne identiteit met Cosinus, auteur van Kippeveer, is vaak gedacht. Na zijne studiejaren woont hij in zijne geboorteplaats.
Schr.: De Kroon van Gelderland, 's-Grav. 1877; De mannen van Sint-Maarten, ald. 1882; De laatste der Arkels, 2 dln., Haarl. 1885; Hertog Adolf, 's-Grav. 1886, onmiddellijk aansluitende bij De Kroon van Gelderland; Grootheid en val, 's-Grav. 1881; In 't Harnas, Amst. 1888 en verder eenige verhalen uit het dagelijksch leven en van minder omvang; In 't vuur van den verkiezingsstrijd, naar Freytag, Tiel 1871;