[Catharina Brakonier-de Wilde]
Brakonier-de Wilde (Catharina), geb. te Woudrichem 17 Sept. 1688, trad in 1708 in 't huwelijk met Abraham Jozua Brakonier, pred. te Utrecht.
Zij gaf uit: Eensame overdenkingen geschikt na tijds en lands omstandigheden, door C[atharina] P[ietersdr], haar gewoon psd., ‘eene lief hebberesse der dichtkunst’, Amst., 1747; Bespiegelingen over Gods kerken wereldbestier betrekkelijk op het beloofde vrouwenzaad in zeven zangen nevens zielverlustiging in het Beschouwen van Aarde, Lucht en Sterrenhemel, Amst. 1751, 2e dr. aldaar 1756; Opwekkelijke Nasporingen bij het genot van 't eenzaam Buitenleven; Lettervruchten van Stille dagen en andere stichtel. gedichten, Amst., 1754, 2e dr. 1760; Ernstige nagedachten over de algemeene waterschuddinge en aardbevingen alomme bespeurd in den jare 1755, Amst., 1756, 2e dr. 1760; Vervolg van stichtelijke gedichten op verscheiden onderwerpen, ald. 1757, 2e dr. 1773.