[Reijnier Bogerman]
Bogerman (Reijnier), geb. te Dokkum, een bekwaam rechtsgel., werd doctor in de rechten, en in 1498 secret. en organist van Kampen, welke betrekking hij tot 1514 bekleedde. Daarna werd hij adv. bij den Hove van Holland, later secret. en syndicus der stad Gron., waar hij waarschijnlijk tot 1534 bleef. Toen zond Karel V hem als gezant naar Luneburg. In 1540 werd hij te Kampen wederom tot secret. aangesteld en bleef dit tot 1553. Daarna vertoefde hij te Amersf. en te Aken. Het jaar van zijn overl. is onbekend, doch dit was na 1556. Hij stelde voor de Kamper Vroedschap een Repertorium samen, waarin hij statuten, rechten, privilegiën verzamelde in twee afdeelingen met een uitvoerig register.
Verder schreef hij eene Kroniek 1503-1512 en 1542-1547, welke door de vereeniging tot beoef. van Ov. Recht en Geschied. werd uitgegeven, en een werk over den oorsprong der Vriezen, hunne voornamen en spreekwoorden, dat ongedrukt bleef.