Verzamelde gedichten

[p. 218]

Afrikaanse ruïnes

Reuzen-ruïnes in dichtkruipend oerwoud,
lemen altaren, zwijgende offerplaatsen,
vergeten land van een verloren volksstam,
duizend jaar her, alleen de stenen leven.

Ga sluipsgewijs tussen het puin der muren
want ook de oude goden leven nog,
hyena's slangen hun getrouwste dienaars,
misschien zelfs de vermomming van een god.

Wie heeft hier tot het laatste kind gedood,
van welke god hoor ik dit giftig sissen
in het gewelf uit vreemde trechterholen,
hoe is hun naam geweest. Als jij? Als ik?