Verzamelde gedichten(1965)–Willem Brandt– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 19] [p. 19] Meer van Leles Hier heb ik met u gestaan onder de klank van de angklong en wij zijn langs het meer gegaan toen de bamboefluit achter ons zong. Vogels en vissen van goud en het statige wuiven der palmen waren ons beiden vertrouwd. Voor ons wou de schemer nog talmen en de maan die het wel heeft aanschouwd bleef toch maar vriendelijk komen. Nog een vogel joeg over het water achter de schimmen van dromen. Het werd nimmermeer later, het zal nu altijd eerder zijn, altijd in een verleden achter de zilveren schijn van verloren onzekerheden waarin men geloofd heeft, en die op de bodem van het meer moeten zweven, als een halfvergeten melodie uit een vorig en ander leven. Vorige Volgende