Een streep door de zon

[p. 24]

Geboorteklanken

Er is een kind geboren
achter het prikkeldraad.
Het zag de ochtend gloren
in 't staal van een soldaat,
het zag het zonlicht sneeuwen
al in zijn bajonet;
toen heeft het 't op een schreeuwen
zo jammerlijk gezet.

Er is een kind geboren
in 't concentratiekamp.
De wereld lag verloren
in bloed en kogeldamp.
Wat moet dat kindje krijten,
wat zijn de oogjes rood
en groot en vol verwijten,
maar Pierlala is dood.

Er is een kind geboren
tussen het prikkeldraad;
men weet niet van te voren
wat of men achterlaat.
Het was het liefst gebleven,
nu is het van de Staat,
een lekker brokje leven
voor kogel en granaat.

[p. 25]

 

Er is een kind geboren,

 

het weet nog niet waarom.

 

't Zal gauw genoeg gaan horen

 

de felle oorlogstrom.

 

Slaap kindje, slaap maar zoetjes,

 

daarbuiten loopt nog laat

 

de haat op leren voetjes

 

patrouille langs de draad.