Verzamelde gedichten(1966)–Gerard den Brabander– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 141] [p. 141] VI De duiven trekkebekken, het mandier heeft gebruld... Uw bovenaardse trekken hebben mij zó vervuld, dat alle dom begeren diep uit mijn wezen trekt, om nimmer weer te keren, om nooit weer te regeren. Gij hebt de god gewekt. Vorige Volgende