| |
| |
| |
Het onvolkomen huwelijk
Ihre Ehe wird interessanter! wenn Sie die berühmten Werke
von Van de Velde lesen. Sie zeigen Ihnen offen und gut verständlich die Wege
für ein harmonisches, beglückendes Zusammenleben. Sie erhalten über alles
Auskunft, auch über die heikelsten Dinge! Viele Ehescheidungen sind verhütet
worden und ungetrübte Lebensfreude ist wieder eingekehrt. Verlangen
Sie kostenlos unsere hochinteressanten illustrierten Prospekte im
verschlossenen Umschlag gegen RM. 0.30 Rückporto!
Advertentie Simplicissimus
Het kan soms onaangenaam zijn, landgenoten, zelfs grote landgenoten, in den
vreemde te ontmoeten. Zo was het mij, om een bijzonder geval te noemen, zeer
onaangenaam, onlangs aan een kiosk in de goede bierstad München, mijn grote
landgenoot Van de Velde te ontmoeten; ik had juist in de Alte Pinakothek
‘Luilekkerland’ van Brueghel gezien en wilde de Nachrichten
kopen, toen hij mij tegenkwam, tussen Remarque en Wallace, in verschillende
exemplaren uitnodigend geëtaleerd. Im Westen Nichts Neues, Hands
Up, Die Vollkommene Ehe: de kioskensmaak is wonderlijk, soms zelfs
gênant. Gênant voor Remarque, wel te verstaan, gênant ook voor de Dietse stam,
die zich in München door twee zulke Luilekkerlanden laat representeren; immers
Pieter Brueghel kon in zijn geniale schepping niet duidelijker laten uitkomen,
wat Van de Velde in zijn triviale boek documenteert: dat men in de Nederlanden,
van 1500 tot 1930, vooral gesteld is op gebraden speenvarkens, die de
overwinnaars van de rijstebrijberg der onvolkomenheid in gelukzalige impotentie
en volkomen zatheid deelachtig worden.
De litterair angehauchte gynaecoloog Van de Velde heeft het weten klaar te
spelen, vertaald te worden en aan de kiosken te worden verkocht. En met meer
recht dan Remarque, die zijn succes aan zijn onderwerp te danken heeft en zich
| |
| |
daarom ongestraft de weelde heeft kunnen veroorloven, goed te
schrijven zonder zijn debiet te schaden. Van de Velde echter is een kioskenfiguur; hij hoort thuis aan deze drukinkt stalletjes en
verdient zijn populariteit. Het zou onjuist zijn te beweren, dat ook hij zijn
succes aan zijn onderwerp te danken had, laat staan, dat hij goed schrijft. Het
is na de oorlog geen waagstuk meet, het sexuele leven onbemanteld te analyseren,
zoals ook Van de Velde het deed. Er is niet eens geld aan te verdienen, als men
het niet op een bijzonder attractieve wijze doet. Van de Velde is geen groot
Nederlander, omdat hij zo openhartig is, want dat had Ewers hem al voorgedaan;
hij kwam in de kiosken, omdat hij zijn publiek iets beloofde.
Nà de rijstebrijberg beloofde hij zijn lezers het volkomen huwelijk. Hij
speculeerde niet in de hemelse vreugden van het Hiernamaals, waarvan hij de
koerswaarde in deze periode gering wist, maar in gebraden erotische
speenvarkens. Hij stelde zich voor als de Heiland, die de Pharizaeërs
ontmaskert, hij trad op als de Krishnamurti der paringsboodschap. Dat was zijn
kracht, daardoor werd hij groot, daarom kwam hij in de kiosken, zo onderscheidde
hij zich meesterlijk van andere schrijvers over deze netelige zaken.
Waarlijk, men mag de heer Van de Velde zijn openhartigheid niet kwalijk nemen.
Deze is het niet, die hem de uitverkiezing heeft bezorgd. Men heeft hem, toen
hij in Berlijn sprak, bestormd, men heeft zijn theorie gefilmd zo goed en zo
kwaad als het ging, maar niet om de openhartigheid! Wat Van de Velde zo
aantrekkelijk maakt, is zijn evangelische allure. Hij werd beroemd, omdat hij
het subtiele balancement tussen apostel en gymnastiekleraar wist te ontdekken en
dit balancement aan een ieder als bereikbaar voorhield. Deze afschuwelijke vorm
van schrijven verschafte de heer Van de Velde naar alle zijden dekking. Hij kon
zijn openhartigheid verdedigen met zijn apostolaat, maar evenzeer zijn
litteraire intermezzi met zijn analyses van de coïtus. Doktoren, moralisten en
handelsreizigers, allen moesten zij hem au sérieux nemen: hij beloofde immers
een betere wereld voor een ieder, die maar wilde ‘oefenen’, hij beloofde die in
krasse, maar geestdriftige termen. Hij schaarde zich door zijn Volkomen
| |
| |
Huwelijk onder degenen, die van iets onvolkomens
iets volkomens willen maken en kon daarom gerekend worden tot de eerbiedwaardige
categorie van Rousseau en Marx; maar tevens, hij was veel leesbaarder dan deze
dode heren, hij had iets prikkelends meegebracht, dat men hem toch niet mocht
verwijten, omdat hij tot de categorie van Rousseau en Marx behoorde! Ziedaar het
succes van de heer Van de Velde gegarandeerd. Het mensdom begeert verlossing van
zijn onvolkomenheden, maar het wil die verlossing in de vorm van een aangename
volkomen toekomst; het wil niet horen, dat de liefde het
avontuur der onvolkomenheid is, maar het wil verbetering in de verhouding der
geslachten. Welnu, apostelen van het genus Van de Velde staan gereed met hun
leer, die een mixtuur is van een poëtische ars amandi en een prozaïsche
handleiding voor ‘Mullern’ en wier centraal toekomstparadijs het volkomen
huwelijk vormt, het huwelijk voor iedereen, die de leer aanvaardt en de goede
werken bedrijft.
Men stelle zich de situatie voor. Twee mensen, onvolkomen uiteraard, zijn
getrouwd in Indië. Zij hebben elkaar uit liefde getrouwd; dat zegt niets en
alles. Laten wij veronderstellen, dat de vrouw door haar man ‘teleurgesteld’
wordt; het kan ook andersom, maar het gaat om een concrete situatie. Die
teleurstelling komt niet als een openbaring, maar geleidelijk, sluipend. In het
eerste huwelijksjaar doodt de rimboe enige dierbare illusies, kleine aureolen,
die de vrouw om het hoofd van haar planter meende te zien in de periode der
verloving. Geen nood, er komt een kind. Maar steeds dieper wordt het geluk
ondermijnd, steeds meer wordt voor deze vrouw de listige, tedere minnaar van
vroeger een planter als alle planters. Er komt weliswaar nog een kind, maar soms
zou zij haar man kunnen vermoorden. Wat nu? De mail brengt een courant met
advertentie. De vrouw leest, daar in de tropen, de westerse advertentie: een
goedkoop pakket, inhoud trilogie Van de Velde benevens als premie de
liefdesavonturen van Casanova. Titel: Het Volkomen Huwelijk.
Realiteit: het zeer onvolkomen huwelijk. Bestelling. De mail brengt een pakket.
Als de man plant, leest de vrouw, koortsachtig, het evangelie van dr Van de
Velde. Aanvankelijk bloost zij, maar al spoe- | |
| |
dig speurt zij de
geest van Rousseau en Marx. Zij leent haar man het nieuwe bezit. Hij merkt, dat
hij technisch onvolkomen beminde. Zij lezen samen, herlezen, beseffen
wederzijdse fouten. Zij durven weer op de gramofoon de oude plaat ‘When you and
I were seventeen’ te draaien. De man plant door, maar de aureolen van vroeger
schijnen opnieuw om zijn slapen. Na een half jaar is het volkomen huwelijk
bereikt. Zij schrijft dr Van de Velde een brief vol gloeiende dankbaarheid,
waarop hij niet antwoordt, omdat hij honderden van zulke
tevredenheidsbetuigingen per week ontvangt. Twee onvolkomen mensen zijn volkomen
geworden. Men stelle zich de situatie voor.
Een dergelijk volkomenheidsideaal heeft de heer Van de Velde blijkbaar
voorgezweefd. Daarom heeft hij zich niet vergenoegd met het geven van wenken
voor het geslachtelijk verkeer, die op zichzelf natuurlijk zeer nuttig zijn, en
evenmin met het samenbinden van een tuiltje ouderwetse huwelijkspoëzie, dat zeer
stichtelijk is; maar hij heeft beide verenigd tot een technisch uitgewerkt
volmaaktheidsideaal, dat voor iedere man en iedere vrouw aan de kiosken
verkrijgbaar is gesteld.
De ontmoeting met deze grote landgenoot maakte de herinnering opnieuw levendig
aan een onlangs gelezen boek uit ditzelfde land, waar Die
Vollkommene Ehe geconsumeerd wordt als het dagelijks brood. Zestien
duitse schrijvers spuiden hun mening over de moderne vrouw in een bundel, die
zij profetisch Die Frau von Morgen noemden. Over Van de Velde
zwijgen zij eerbiedig; maar de moderne vrouw meten zij links en rechts af naar
haar volkomenheid en onvolkomenheid, alsof de Voorzienigheid hen daartoe had
uitgenodigd. Deze auteurs zijn geen huwelijks-specialisten, maar dit maakt
weinig verschil. Met de polen, waarmee zij werken, werkt ook de heer Van de
Velde. Hun en zijn erotische methodiek kent blijkbaar geen andere keuze dan die
tussen nog-onvolmaaktheid en straks-volmaaktheid. Een Van de Velde kan zich
schematisch onvolmaakte mensen voorstellen, die hij schematisch volmaakt laat
worden; het | |
| |
volkomen huwelijk als algemeen recept veronderstelt een
schematisch, abstract begrip van onvolmaaktheid en volmaaktheid tegen over
elkaar. Met dezelfde lege abstracta moet men werken, wanneer men over ‘de’
moderne vrouw gaat theoretiseren. Is zij volkomen vrouw, is zij onvolkomen
vrouw? Wat moet er in de wereld gebeuren, om haar, als zij onvolkomen is,
volkomen te laten worden? Deze en dergelijke vragen moeten onvermijdelijk in
mannenoordelen over vrouwen doorklinken en daarom is het beter, de moderne vrouw te verwaarlozen voor een moderne vrouw.
Oordelen over ‘de’ moderne vrouw wil zeggen, dat men meent over haar iets als
soort, als categorie, te weten; d.w.z. men meent over haar te kunnen oordelen
door haar aan bepaalde volmaaktheids-subs. onvolmaaktheidsqualificaties te
toetsen. Niets is menselijker en mannelijker, maar niets is ook onvruchtbaarder.
Juist het feit, dat wij dagelijks heftige oordelen van allerlei soort over ‘de’
vrouw uitspreken, bewijst, dat zij voor ons belang heeft als een symbool van het
onvolmaakte, onvolkomene; denkt men ‘de’ vrouw een ogenblik in een belangloze
evenwichtstoestand van het algemeen oordeel, zoals b.v. een spijker of een
sardinenblikje, waarover men alleen in uitzonderingsgevallen van mening
verschilt, dan voelt men onmiddellijk, hoe onzinnig zulk een ‘volkomen’
evenwichtstoestand zou zijn. Oordelen over de moderne vrouw betekent uitsluitend
zichzelf verraden onder de schone schijn van een objectieve uitspraak.
Natuurlijk bestaan er talloze oordelen over de moderne vrouw, die een voldoende
mate van algemeenheid bezitten, om bruikbaar te zijn. Over de sociale positie
van de moderne vrouw kan men aangenaam discussiëren, eveneens over haar aandeel
in het alcoholverbruik, over haar beenderenstelsel, zelfs over de speciale
eigenschappen harer sexe. Al deze dingen vallen bovendien binnen het bereik van
‘volkomen’ en ‘onvolkomen’. Maar deze oordelen schakelen dan ook automatisch de
vrouw, de proclamatie onzer eigen onvolkomenheid en
beperkte mogelijkheden, uit; zij maken de vrouw tot een gewijzigde man, een man
met normale afwijkingen. Natuurlijk is zij dat ook, evengoed
als een schilderij een geverfde lap is, die afwijkt van een normaal geverfde
huisdeur; maar daar- | |
| |
om stelt men niet zoveel belang in een
schilderij noch in ‘de’ moderne vrouw. ‘De’ vrouw, en dientengevolge in het
bijzonder ‘de’ moderne vrouw, is zo belangrijk, omdat zij het mysterie onzer
eigen persoonlijkheid onthult en omhult tegelijk.
De heer Van de Velde begaat om der wille van het kioskensucces de fout, dat hij
het mysterie der onvolmaaktheid, dat inhaerent is aan de verhouding tussen man
en vrouw als zodanig, wil ‘oplossen’ door ons de weg te wijzen naar het
Schlaraffenland der sexualiteit. Daarvoor moet men de rijstebrijberg zijner
trilogie door, maar hij maakt die tocht zo aangenaam mogelijk door
openhartigheid en door litteraire intermezzi. Juist als men waant, in een
technische handleiding voor deskundig kirren opgesloten te zijn, komt de heer
Van de Velde met Goethe voor de dag; dat is zo zijn systeem voor echtelieden ter
bestrijding van de echtelijke afkeer. Het volkomen huwelijk moet technisch en
litterair in orde zijn, dan stroomt het geluk de woning binnen.
Het is mij niet bekend, of de echtscheidingsstatistieken sedert het verschijnen
van Van de Velde's boek rooskleuriger zijn geworden; maar het tegendeel lijkt
mij waarschijnlijk. Het Volkomen Huwelijk is immers gebaseerd
op die impotente volkomenheid, die geen enkele waarborg biedt tegen
echtscheiding, omdat zij niet van het mysterie der noodzakelijke onvolkomenheid
uitgaat. ‘De’ moderne man en ‘de’ moderne vrouw staan een
moderne man en een moderne vrouw meer in de weg dan al hun
mogelijke technische fouten op sexueel gebied. Algemene oplossingen van
techmisch-litterair gehalte à la Van de Velde, zo aantrekkelijk voor de velen,
die niet kunnen leven zonder een oplossing in het zicht, bespotten het
onoplosbaar gehalte der liefde, die wel met techniek en litteratuur te maken
heeft, maar er nooit door wordt uitgeput.
Zolang het volkomen huwelijk het aanbeden ideaal blijft, kan er nooit sprake zijn
van een werkelijk accepteren van het volkomen leven. Zolang het hygiënische,
vaatdoekachtige geluk van dit volkomen huwelijk een begeerlijk iets schijnt, kan
men er op rekenen, dat de moderne vrouw vele moderne | |
| |
mannen
doodongelukkig zal maken, en omgekeerd. Zolang men niet wenst te zien (en wij
wensen het alleen een weinig niet te zien), dat liefde en onvolkomenheid niet
van elkaar zijn te scheiden, kan men veel theorieën opstellen over
proefhuwelijken en vrije huwelijken zonder de werkelijke proef der vrijheid te
doorstaan. Laat er een andere, een betere, een minder openhartige en litteraire
Van de Velde verschijnen, die het aandurft zijn mede-mensen het onvolkomen huwelijk als ideaal voor te houden! Waarschijnlijk zal zijn
honorarium geringer en zijn debiet aan de kiosken onbeduidender zijn; maar zij,
die hem lezen, zullen minder grif over ‘de’ moderne vrouw(man) en hun tekort of
teveel oordelen, minder ‘geluk’ verwachten en minder ‘geluk’ nodig hebben.
1930
|
|