zeer de betrekkelijkheid van het leven doorzag, om het enthousiasme te kennen, één, die de wereld der fenomena te klaar als schijn verstond, om haar nog de hulde te brengen van de eenvoudige van geest... een eenzijdige dus, die in de eerste plaats zijn eigen wil uitspeelt en pas daarna de figuur dient, hem door het drama opgelegd. Tijd of milieu herschept hij niet, slechts dit ene, inherent aan Hamlet, aan Oswald, aan Elckerlyc... de verwondering, de geslagenheid, het volkomen nietbegrijpen, de angst om verder te gaan langs een weg, waarvan onzekerheid alleen het zekere is, hij herschept de beklagenswaardige bedelaar met de potentie van een god, de hongerige, die alleen zichzelf vermag te verzadigen, de eeuwig onveranderlijke mens in het ogenblik van zijn machteloosheid.
Dit alles is niets nieuws en het is al dikwijls opgemerkt, wanneer men Moissi wilde karakteriseren. Maar zeldzaam zijn ook de toneelspelers, wier eigenaardigheden zo verbluffend sterk door hen zelf gemarkeerd worden, als dit bij deze acteur het geval is. Onmiddellijk komen schrijver en drama op de achtergrond, wanneer hij optreedt, die hen naar zijn welbehagen omvormt tot een Moissi-libretto. Zo ook nu...van Alphonsus, bestrijder van de Moren, koning van Kastilië, blijft slechts de aan geen tijd gebonden wankele mens.
Grillparzer's drama zou zich, bij een harmonische bezetting, zeker lenen voor een moderne opvoering. Het conflict, dat zich in de jonge koning voltrekt, is kenmerkend voor de melancholieke romanticus en als zodanig al belangwekkend. Plichtsgevoel (het nationale belang) aan de ene kant; zich uitleven in het bekoorlijke avontuur (Rahel, de verleidelijke jodin) aan de andere. De oplossing is niet te vinden, dan ten koste van het laatste, en de jodin vindt de dood. De weifelingen tussen beide polen, door Grillparzer met echt romantisch dualisme tegenover elkaar gesteld, vormen het thema van deze tragedie, die veel levenswijze opmerkingen bevat, hier en daar onmiskenbaar verbitterd ironisch.