Menno ter Braak
aan
J. Greshoff
Buochs, Zwitserland, 28 juli 1937
Buochs, 28 Juli '37
Adr. Wyrsch-Dürren
Beste Jan
Hartelijk dank voor je beide brieven! Wij zijn hier in een heel aardig en landelijk Zwitsersch plaatsje gevallen; bewonen een aardig chalet, hebben mooi weer, en ontdekken, dat ieder 2e man hier Wyrsch heet. Vanwege de inteelt zeker. Een plaatsje om te werken, maar ik doe niets en zal niets doen dan een beetje lezen en wandelen.
Die quaestie van het correspondentschap is even vervelend, maar lijkt me - na je snelle reactie aan Schilt - even ‘voorbijgaand’ als de leestafel-quaestie. Ik had over de regeling van je vacantie als corr. nooit nagedacht, maar het wil me, na dit incidentje, wel voorkomen, dat je er het volgend jaar tóch het best aan doet een regeling te treffen met een van je collega's voor een extra-belangrijke eventualiteit. Er is natuurlijk niemand aan de krant, die je activiteit in twijfel trekt of je vacantie misgunt, maar het gaat hier doodeenvoudig om een gebeurtenis, waarvan wij verslag moeten hebben. (Rede van den Haagschen burgemeester etc.) Kun je niet een afspraak maken met Roelants, of Liezenborgs[?], of... Varangot? Neen, dit laatste is scherts.
Verder hier nog geen nieuws. Ik hoop de volgende week Thomas Mann te bezoeken. Hij woont niet ver weg, en hij is een van de weinige levende Duitschers, die ik in lijfelijkheid graag wil ontmoeten.
Laat de poëzie niet schieten om die krantenstukjes!
Veel hart. groeten over en weer
hand van
je Menno
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum