Menno ter Braak
aan
E. du Perron
Den Haag, 19 november 1937
Den Haag, 19 Nov. '37
B.E.
Zooeven je briefkaart, als antwoord op mijn brief over ‘de zaken’. Dat ik zoo weinig schrijf, ligt aan de seizoendrukte, die me alle particuliere bezigheden afneemt, momenteel. Tot Sinterklaas heb ik dat dus compleet stopgezet. Dit in antwoord op je brief van eergisteren, waaruit ik de suggestie over de vergiftiging nog juist heb kunnen verwerken in mijn artikel over je boek. Hierover eerst. Het is een zeer boeiend geheel geworden, en wel precies de doodsteek voor Saks, die n.b. precies dezelfden tijd en precies dezelfde documenten behandelt! Wist je eigenlijk, dat hij vroeger in Groot-Nederland ook die heele stof voor Lebak ook had behandeld? Uit de opgave van je Multatuliana achterin zou ik zeggen van niet. De parallel is nu werkelijk heel grappig. Ik deel je slechte opinie over Saks geheel, na de
taaie lectuur van dat historisch-materialistische, heymansiaansche gekwaadspreek; alleen begrijp ik niet, waarom je den man zoo schijnheilig vindt? Hij is op zijn manier tamelijk rechtuit, en hij is veel te veel kankeraar om zich met hypocrisie te omhullen. Enfin, ik heb twee groote artikelen over jou en hem geschreven, die morgen en overmorgen verschijnen. Als het niet te duur wordt met de porti, stuur ik je beide stukken per vliegpost. Ze zijn geschreven onder het oog van Jany, die hier twee dagen logeerde, zeer naar (ik meen ons beider) genoegen. Hij blijft even aardig en was ditmaal bijzonder ‘op dreef’. Heb je Een Winter aan Zee gekregen, of gelezen?
Wat de zaak van je baantje betreft: ik geloof, dat je besluit uitstekend is. Er is hier in Holland niets te beginnen zonder eenige ervaring of recommandatie. Wanneer je aan den gang gaat met het idee, dat je zoo noodig naar Europa teruggaat, lijkt me (misschien ook voor Bep?) de beproeving minder onaangenaam. En archiefwerk moet je, dunkt me, toch liggen, mèèr dan journalisterij, waar je verder het eerst in vervallen zou. Een archief of een bibliotheek zou mij tenminste absoluut niet slecht aanstaan.
Ja, dat stuk over Het Vijfde Zegel begint niet voor niets met El Greco zelf! Het boek is een erudietenboek, en daarmee is eigenlijk alles gezegd. ‘Onze mindere rijmen’ hebben dan nu ook ontdekt, dat die Vestdijk een mahateloos door de critiek overschatte figuur is, en dat hij niets beteekent vergeleken bij... Feuchtwanger. Dat kan ik toch weer absoluut niet zetten! Maar voor ons valt deze roman tegen. Het is tenslotte een terugkeer tot van Lennep, alles op den keper beschouwd. - Ik heb juist een boekje ‘gemaakt’ voor de serie Ursa Minor; een soort blocnote klein formaat, zorgvuldig samengesteld uit allerlei plakboeken van mijn krantenstukken. Titel: Mephistophelisch. [Zooiets als Oostersch van Leopold!!] Je begrijpt de toespeling wel.
Dat Binnerts de Christenen heilig heeft verklaard, verontrust me! Want dat was niet de bedoeling; maar misschien valt het mee, en is alleen zijn domineeslandsche afkomst in het spel.
Er wordt hier ondraaglijk gevondeld, deze week. Een etalage van
kul en bluf; vergelijk dat met de kwaadsprekerij een paar maanden geleden ter eere van Multatuli!
In haast, voor de post. Veel hartelijks 2 × 2
je
Menno
Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag