Ant Faber
aan
Menno ter Braak [Rotterdam]
[Zutphen], [voor 30 april 1932]
Beste Menno
Ik kom Zaterdag 12.39 in Rotterdam (Hofplein) en het zal mij uitermate verheugen U daar te zien. Ik zal vast een roode tulp meenemen om ons reeds van buiten wat te kleuren.
Vanavond ga ik naar Bep de Roos. Logeer in de v. Bleiswijkstraat.
De huishoudelijke [vlaag] is allengs weer verstreken. Ze duren, jammer genoeg, nooit erg lang bij mij en slaan altijd over in het andere uiterste.
Dit is ook meer om het ‘boerebloed’ te doen opborrelen, al was boerinnebloed practischer.
Dag! Tot ziens.
Hart. gr.
Ant
Ja, de filmliga kreeg ik hoor!
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum