toch een goede aanloop zou zijn - mijn relaties met Jan Lubbes beginnen immers werkelijk zoo! - maar nu je deze reactie hebt, lijkt me dat zeer normaal. Laten we dus nu, om geen tijd te verliezen, haastig maar ‘doeltreffend’ optreden: stuur me de boel niet meer hierheen, maar maak er zelf even van wat je denkt dat het zijn moet. Dus typ een andere aanhef, met misschien eenige gegevens uit wat je in MS. hebt, en stuur de boel dan door. II wordt dus I.
Kan je dit niet, stuur mij dan het heele begin terug, dan doe ik het zelf. Maar ik heb liever dat jij het meteen doet, en alle vertrouwen in je!
Je stuk over Wichmann is uitstekend, vooral tegen het slot. - Het stuk van Van de Voorde vind ik, als jij, uiterst banaal, maar verder hindert het mij niet en vooral, ik gun dien armen ouden Kloos dat hij ook hier gehuldigd wordt. Ik heb precies hetzelfde zwak - en dezelfde bewondering - voor hem als V.d.V. (helaas?) - De vergissing van mej. van Dijck vind ik in dit geval niet erg; ik dacht zelfs dat je het zelf had laten doen! Het stuk zelf viel me, bij overlezing, mee; het is toch wel ‘vol’, maar ‘vaag’. D.w.z. het begin is traag; het slot subtiel maar vaag. - De heeren van de Litt. Gids zijn je blijkbaar welgezind, al of niet samen met den beroemden Reger.
Het is onbetwijfelbaar dat Cocteau ‘ein sehr grosses Talent’ heeft. Alleen: het is een comediant en een 3e rangs persoonlijkheid. Ik zou ook wel weer met Klaus willen praten, maar niet hierover: de pederastische gemeente is ook religieus. Ik zou het willen hebben over zijn boek, over al wat daarin sympathiek en toch een beetje dun is.
Hierbij dan de omgaande reactie. Als ik het heele stuk voor den bundel klaar heb, zal ik jou die tekst sturen, vóór hij naar Querido gaat. Je moet me dan eerlijk zeggen of hetzelfde bezwaar dan blijft bestaan, of dat alles dan ‘in orde’ is.
Hartelijke groeten van ons twee, ook voor Vrouwe Ant,
je
E.