sedert eenigen tijd jouw smaak voor het populaire, vooral als het de taal betreft; het is altijd maar weer je ‘Elsschot-boven-Buning-in-ieder-opzicht’, dat ik niet goed kan slikken. En het gekke is dat je eigen taal, ook als je populair wordt, altijd nog stukken boven peil blijft. Dumay is je meest populaire proeve tot dusver, en zelfs als zoodanig ‘geslaagd’, heb je nu van alle kanten moeten hooren. En toch is het zoo geschreven dat het tegen den schijn in superieur blijft als ‘textuur’. (Goddôôme, wat is het toch allejeezes' moeilijk om een gaaf kritikusje te zijn!)
Morgen gaan we den nacht bij de Guilloux' doorbrengen, over 3 dagen gaan we treurig van dit lieve landschap weg. Ik ben er niet heelemaal rouwig om; af en toe in een Parijsch café trekt me hierna wel weer aan. Vanavond ga ik met mijn gade onder maanlicht langs de zee wandelen... Vanmiddag had ik een groot gesprek met den wachter van de semaphoor hier over het al of niet bestaan van God! Ik heb hem werkelijk niet gezegd dat God bestond; niettemin kreeg Bep toen zij mij kwam halen van dezen man te hooren dat ‘monsieur avait des ideés élevées’. Zij is er nòg vol respect van.
Ik eindig nu. Zoonet aan tafel den heer Ortega weer wat bestudeerd. Eén ding althans is zeker niet van Brouwer afkomstig; de journalistieke faconde (loslijvigheid, zeer vrij vertaald!) waarmee de man een ‘idee’ ontwikkelt; hij wikkelt met kennelijk genoegen 6 zinnen af waar een ander het zonder moeite in 2 precies goed zou zeggen. Enfin...
Ik heb 5 of 6 blzn. geschreven bij het verhaal van kapitein Horner en zijn vrouw, dat mij in de Forum-proef wel erg samengedrongen scheen, vooral tegen het eind.
En nu addio, de rest uit de Lichtstad!
Hartelijke groeten onder IV,
je
E.