Oorlog tussen China en Japan
Links: Japanse mariniers geven dekking aan een troepenlanding. Rechts: Japanse marinepatrouille in Shanghai.
NANJING, 14 augustus - De Guomindang-regering van China heeft een ‘Verklaring over de oorlog voor zelfverdediging en verzet’ uitgegeven, een oorlogsverklaring aan Japan. In deze verklaring wordt de nu ook formele staat van oorlog tussen beide landen toegeschreven aan ‘eindeloze aanvallen van Japan’ op China.
De feitelijke staat van oorlog tussen China en Japan bestaat al sinds meer dan een maand. Op 7 juli voerde het Japanse leger in de buurt van Peking beschietingen uit op het stadje Wanping. Chinese troepen gingen daarop over tot beschieting van de Japanse eenheden bij de Lugou-brug (‘Marco Polo’ -brug). Dit werd door het Japanse leger aangegrepen om grootscheepse militaire operaties tegen het Chinese leger te ondernemen. Op 29 juli werd de voormalige hoofdstad van China, Peking, door het Japanse leger bezet. Op de 30ste juli viel Tianjin. Een Japans leger van meer dan 300 000 man is gisteren een aanval op Sjanghai begonnen. Het Japanse leger rukt langs de spoorlijnen op van Peking naar het zuiden. Het Chinese leger trekt zich terug onder de leuze van ‘het ruilen van ruimte voor tijd’. De nationalistische regering is begonnen bevolking en industrie naar het binnenland te evacueren. Waar evacuatie en transport onmogelijk zijn, wordt de tactiek van de verschroeide aarde toegepast.