Taalwet voor het onderwijs erdoor
BRUSSEL, 14 juli - De Belgische Kamer heeft een wet op het lager en middelbaar onderwijs aangenomen, die het gebruik van het Nederlands als onderwijstaal in Vlaanderen verplicht stelt, ook in de vrije scholen.
Dat wil zeggen dat diplomas, die behaald zijn op Franstalige vrije scholen, in Vlaanderen geen rechtskracht meer hebben.
Dit is de uitkomst van een debat dat op 20 april begon. Andermaal bleken daarbij flamingantische katholieken en bepaalde liberalen tegengestelde standpunten te verdedigen. Die onenigheid verplichtte premier Renkin in mei drie ministers in zijn kabinet te vervangen.
Op 30 juni kwam een compromis tot stand, waar de Vlaams-nationalisten tegen stemden en waarbij de socialisten zich onthielden van stemming.
Het compromis steunde op het principe dat de onderwijstaal de streektaal moest zijn. Alleen in de Brusselse agglomeratie en rond de taalgrens kon aanspraak worden gemaakt op het beginsel dat de moedertaal de onderwijstaal was.
Tegelijk werd een aantal overgangsregelingen uitgewerkt, die beoogden het gebruik van het Nederlands in het onderwijs in Vlaanderen te vergemakkelijken voor anderstalige kinderen.
Deze principes, die voor een aantal flaminganten niet ver genoeg gingen, moesten de eentaligheid van Vlaanderen garanderen.