Britten heffen invoerrechten
LONDEN, 1 maart - De maatregelen tot bescherming van de Britse handel en industrie zijn gisteren van kracht geworden.
De tarieven zijn meteen van toepassing op alle invoer uit het buitenland met uitzondering van goederen die op de vrije lijst staan. De Wet op de invoerrechten betekent een ommekeer van een historisch fiscaal beleid.
In het Hogerhuis stelde Lord Londonderry dat de nieuwe wet de regering een onderhandelingswapen geeft om de internationale handelsbarrières te verlagen. In de afgelopen tachtig jaar was de regering onmachtig om op te treden tegen invoerrechten in het buitenland. Oppositiewoordvoerder Lord Marley zei zeer sceptisch te zijn over de motieven en methoden van het handelsbeleid van de regering. Hij herhaalde dat de Labourpartij niet de vrije handel aanbad, maar bescherming zowel zinloos als overbodig achtte. Hij zei dat Labour haar hoop in de toekomst vestigde op nationale planning van de industrie.
Lord Snowden zei volledig tegen de wet te zijn. Hij wees erop dat de vrijhandelspolitiek had geleid tot vertienvoudiging van de Britse export, een zevenvoudige toename van de welvaart en een onmetelijke verbetering van de sociale welstand van de bevolking.