Kerk en Staat gescheiden in Spanje
MADRID, 14 oktober - Na een fel debat heeft de Spaanse grondwetgevende vergadering een aantal artikelen aangenomen, die voorzien in de scheiding van Kerk en Staat en die verder ten doel hebben de macht van de Rooms-Katholieke Kerk te verminderen.
De aanvaarding van de antiklerikale artikelen, de meest omstreden bepalingen uit de grondwet, leidt tot een politieke rel. De Baskische afgevaardigden trekken zich terug uit de assemblée omdat zij zich gekwetst achten in hun religieuze gevoelens. De leider van de voorlopige regering (Alcalá Zamora), de minister van Binnenlandse Zaken en twee leiders van de republikeinse katholieken leggen daarop hun regeringsfuncties neer.
De nieuwe grondwetsartikelen maken een einde aan het concordaat tussen Kerk en Staat. Priesters krijgen minder door de staat betaald, de macht van religieuze orden wordt ingeperkt en het kruisbeeld moet uit openbare scholen verdwijnen. Bovendien moet de orde van de jezuïeten worden ontbonden.
De maatregelen tekenen het antiklerikalisme zoals dat na het vertrek van koning Alfonso XIII en de vorming van een voorlopige regering in april was opgekomen. Voor veel republikeinen betekende de macht van de invloedrijke Rooms-Katholieke Kerk, samen met die van het leger en de grootgrondbezitters, een belangrijke hinderpaal bij hun streven naar een progressieve, democratische samenleving. In mei was het in Madrid en andere grote steden tot protesten gekomen waarbij kerken en kloosters in brand waren gestoken.