Ongekende zege voor Herbert Hoover
WASHINGTON, 7 november - Herbert Hoover heeft met nog nooit vertoonde cijfers de Amerikaanse presidentsverkiezingen gewonnen: 444 stemmen uit de colleges van kiesmannen en ruim 21 miljoen stemmen van het electoraat.
Smith, tegen wie tijdens de maanden voor de verkiezingen een uitgebreide roddel - en fluistercampagne was opgezet, kreeg 87 kiesmannen achter zich en iets meer dan 15 miljoen stemmen: niet slecht vergeleken met de negen miljoen die Cox in 1920 en de acht miljoen die Davis in 1924 scoorde. Het feit dat Smith katholiek is, heeft hem niettemin ernstig parten gespeeld: Hoover won in vijf zuidelijke - protestantse - staten, die vrijwel altijd Democratisch hebben gestemd.
De linkse partijen hebben bij deze verkiezingen een te verwaarlozen rol gespeeld en hebben maar 300 000 stemmen voor hun kandidaten behaald.
Op aandringen van gouverneur Smith heeft Franklin D. Roosevelt intussen de kandidatuur van de Democratische partij aanvaard voor Smiths gouverneurschap van New York. Roosevelt, die, na in 1920 tevergeefs te hebben meegedaan als ‘running mate’ naast Cox, lange tijd uitgeschakeld is geweest wegens kinderverlamming, komt als overwinnaar van de verkiezingen voor het gouverneurschap terug in de politiek.