Katholieke partij verliest meerderheid
BRUSSEL, 16 november - Bij de eerste naoorlogse parlementsverkiezingen, die gehouden zijn op basis van het algemeen enkelvoudig stemrecht voor mannen, heeft de katholieke partij, zoals verwacht, de absolute meerderheid verspeeld, die ze sinds 1884 onafgebroken in de Kamer had, vijfendertig jaar lang.
De stembusuitslag heeft echter nog grotere verschuivingen teweeggebracht dan voorzien. De Belgische Werklieden Partij (BWP) heeft er niet minder dan 30 zetels bij en telt nu 70 kamerleden, slechts 3 minder dan de katholieken, die 26 zetels hebben verloren.
De liberalen zijn van 45 naar 34 zetels gezakt. In de Senaat hebben de katholieken toch bijna de absolute meerderheid behaald zodat een coalitieregering zonder hen vrijwel onmogelijk is. Ook het kiesresultaat van de Frontpartij (5 zetels) is een politiek feit waarmee de toekomstige regering rekening zal moeten houden.
Daags na de verkiezingen biedt de regering haar ontslag aan, waarna de Koning Delacroix opnieuw verzoekt een regering te vormen.