Wapenstilstand in Compiègne
BERLIJN, 11 november - Vanochtend vroeg om 5.12 uur is in een treinwagon in het Noordfranse Compiègne de wapenstilstand tussen de geallieerde mogendheden en Duitsland ondertekend. Om 11 uur werd een staakt-het-vuren van kracht.
Het wapenstilstandsverdrag betekent voor Duitsland een feitelijke capitulatie. Zo moeten Duitse troepen binnen veertien dagen niet alleen de bezette gebieden maar ook Elzas-Lotharingen en het hele gebied ten westen van de Rijn verlaten. Franse troepen zullen bruggehoofden mogen bezetten in Mainz, Koblenz en Keulen. Het Duitse leger moet grote hoeveelheden materieel aan de Geallieerden overdragen, en de gehele marine moet onder hun toezicht woren ontmanteld. De Geallieerden hebben voorts vrije toegang tot de stad Danzig gekregen en hebben de Duitsers gedwongen zich op een nader te bepalen tijdstip in het oosten achter nader te bepalen grenzen terug te trekken. De blokkade van de Duitse havens ten slotte blijft voortduren totdat een vredesverdrag is ondertekend. De politieke verwikkelingen in Duitsland zijn de laatste tien dagen in een stroomversnelling geraakt. Het Duitse
Maarschalk Foch van de geallieerde strijdkrachten arriveert op het station in Compiègne om de wapenstilstand te ondertekenen.
front was in hoog tempo teruggedrongen en ieder ogenblik kon er een doorbraak naar en bezetting van Duits gebied worden verwacht. Bovendien dreigde een revolutie. In Wilhelmshaven en Kiel waren begin november matrozen in opstand gekomen en hadden een soldatenraad opgericht. De rijksregering zag zich gedwongen met deze raad onderhandelingen te openen en daarmee het optreden van de rebellen feitelijk te legitimeren.
Op 6 november had rijkskanselier Max von Baden zijn minister Matthias Erzberger - een lid van de Centrumpartij - aangewezen om besprekingen over een wapenstilstand te voeren. De Oberste Heeresleitung - waar generaal Ludendorff inmiddels was afgetreden - was met dit besluit tevreden omdat de feitelijke capitulatie nu niet door het militaire maar door het politieke gezag zou moeten worden uitgevoerd.
Op 7 november had de Duitse delegatie de frontlinie overschreden en was de volgende dag in het bos van Compiègne met de besprekingen begonnen. Deze werden van geallieerde zijde geleid door maarschalk Ferdinand Foch.
Nog voordat de besprekingen waren afgelopen, trad in Berlijn Max von Baden af. Hij is opgevolgd door de sociaal-democraat Friedrich Ebert. Op dezelfde dag, 9 november, vluchtte keizer Wilhelm II naar Nederland, waar hij inmiddels politiek asiel heeft gevraagd.
In Duitsland zelf heerst op dit moment grote verwarring. In Beieren is een socialistische radenrepubliek uitgeroepen en in alle grote steden worden naar bolsjevistisch voorbeeld arbeiders- en soldatenraden gevormd, die op korte termijn in Berlijn bijeen willen komen en het bestaande gezag van de rijksregering betwisten.