Landstormwet van Colijn wordt door Kamer aangenomen
DEN HAAG, 7 maart - De Tweede Kamer heeft de Landstormwet van minister van Oorlog H. Colijn aangenomen.
Daarmee is de legerreorganisatie, reeds in 1898 op gang gebracht door minister Eland, voltooid.
De vorig jaar ingevoerde Militiewet van Colijn bracht het jaarlijkse contingent van 17 500 op 23 000 man; de diensttijd werd teruggebracht van 8 tot 5 jaar; de eerste oefening duurt 8,5 maand, terwijl er twee herhalingsoefeningen worden gehouden.
De contingenten worden door loting aangewezen.
Eerste reserve is de landweer; hiertoe behoren degenen die niet langer militieplichtig zijn. De diensttijd bedraagt vijf jaar, en men wordt eenmaal opgeroepen voor een oefening van zes dagen.
De landstorm ten slotte bestaat uit diegenen die hun militie- en/of landweerplicht hebben vervuld, uit degenen die voor de militie zijn uitgeloot en uit allen die zijn vrijgesteld van militaire dienst; zij zijn tot hun 40ste jaar landstormplichtig. De landstorm kan uitsluitend worden opgeroepen in geval van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden.