‘Egypte voor Egyptenaren’
CAÏRO, 7 december - Onder leiding van een jonge advocaat, Moestafa Kamil, hebben de Egyptische nationalisten hun eerste congres gehouden. Dit congres is het resultaat van een nationalistische beweging die in de laatste jaren sterk gegroeid is.
Formeel behoort Egypte tot het Ottomaanse Rijk, maar in feite spelen de Engelsen een belangrijke rol in het politieke leven van Egypte.
De nationalistische beweging in Egypte heeft verschillende aspecten. Aan de ene kant is het een beweging met een panislamitisch karakter, aan de andere kant hangt ze het panarabisme aan.
Mohammed Abdoeh, die tot 1905 in Egypte de functie van moefti (de hoogste islamitische rechter) bekleedde, wordt beschouwd als een van de grondleggers van deze nationalistische beweging. Toen de Ottomaanse regering probeerde het Turks als de officiële taal in het onderwijs in te voeren, verklaarde Mohammed Abdoeh dat in Arabische landen in het Arabisch gestudeerd moest worden.
Een andere grondlegger van de nationalistische beweging in Egypte is Abdul Rahman al-Kawakibi (1849-1902), die van Syrië naar Egypte was gevlucht. In zijn boeken heeft hij duidelijk gesteld dat de kalief een Arabier moet zijn, die bovendien in Mekka moet wonen omdat die stad het centrum van de islam is.
De nationalistische beweging vraagt niet alleen om een islamitische wereld onder leiding van de Arabieren, maar ze strijdt ook tegen de aanwezigheid van de Engelsen in Egypte. Deze strijd heeft het panislamitische en panarabische karakter van de beweging aangevuld met een patriottisch aspect.
De beweging onder leiding van Moestafa Kamil is duidelijk gericht tegen de Britten in Egypte en voert de leus: ‘Egypte voor de Egyptenaren’.
Deze beweging is sterker geworden na de problemen tussen de fellahin (de boeren) en de Britten in juni 1906. Het Britse leger had een boer vermoord, hetgeen tot protesten leidde. Tweeënvijftig boeren werden door de Engelsen gearresteerd en vier van hen werden geëxecuteerd.