Manifest steunt vernederlandsing van het onderwijs
ANTWERPEN, 11 maart - Meer dan honderd vooraanstaande Vlamingen hebben een brief ondertekend, die is opgesteld door de Nederduitsche Bond in Antwerpen en gericht tot alle volksvertegenwoordigers en senatoren van het arrondissement Antwerpen. Zij vragen met klem de verdediging van het wetsvoorstel-Coremans inzake de vernederlandsing van het vrij middelbaar onderwijs.
Om dit belangrijke Antwerpse initiatief beter te situeren dient men enige voorgaanden te kennen. Allereerst het overlijden van kardinaal Goossens, op 25 januari 1906, onverzettelijke tegenstander van het wetsvoorstel. Vervolgens, op 7 februari: de aanduiding van mgr. Mercier tot zijn opvolger (wat bij de meeste vooraanstaande Vlamingen grote hoop wekt) en de publikatie van het parlementair rapport van volksvertegenwoordiger Van Cauwenbergh (Antwerpen), dat het debat over deze kwestie nog moeilijker maakt. Het parlement, dat aan de aanstaande verkiezingen denkt, stelt vooralsnog de openbare bespreking uit.
Het Antwerpse initiatief leidt in de weken daarna tot het indienen van een aantal petities in de Kamer en de Senaat en uiting van een groeiende Vlaamse ontevredenheid, aan de vooravond van de verkiezingen van 27 mei. In de Vlaamse publieke opinie staat het vast dat deze kwestie nu duidelijk moet worden beslecht: het katholiek middelbaar onderwijs kan zich niet verder onttrekken aan de plicht tot vernederlandsing.
Op de valreep komt minister Jules de Trooz met een regeringsvoorstel dat de belofte inhoudt de zaak in november 1906 openbaar te bespreken. Dit laatste voorstel was, merkwaardig genoeg, het eerste regeringsinitiatief sedert 1830 ten aanzien van de taalwetgeving in België.