Nobelprijs toegekend aan echtpaar Curie
STOCKHOLM, 10 december - Het echtpaar Curie heeft, samen met Henri Becquerel, de Nobelprijs voor natuurkunde gekregen.
Marie Curie, geboren Marya Sklodowska, studeerde natuurkunde en chemie in Warschau en Parijs. In 1895 huwde ze met Pierre Curie, hoogleraar aan de École de Physique et de Chimie Industrielle.
Marie Curie begon in 1897 met haar onderzoek naar radioactiviteit, een jaar nadat Becquerel de toen nog geheimzinnige straling van uranium had ontdekt. Zij bedacht de eerste methode om deze straling te meten. Tijdens haar onderzoek naar andere ‘radio-elementen’ stelde zij vast dat pekblende viermaal zo actief was als uit de aanwezigheid van uranium alléén kon worden verklaard. De conclusie dat deze activiteit aan de elementen polonium en radium was toe te schrijven, vond geen bijval.
Vier jaar lang hebben Marie en haar echtgenoot Pierre vervolgens keihard gewerkt om voldoende zuiver radium vrij te maken. In een onverwarmde, lekkende schuur verwerkten zij tonnen, met eigen geld gekochte, pekblende. Zij ontwierpen ondertussen nieuwe chemische processen om het werk te kunnen klaren.
In 1902 hadden zij in totaal één tiende gram zuiver radium vrijgemaakt, het atoomgewicht vastgesteld en demonstraties gegeven van het blauwe fosforiseren dat met radioactiviteit gepaard gaat.
De wetenschappelijke wereld is nu inmiddels van hun gelijk overtuigd en Marie Curie wordt de eerste vrouw die tot het Royal Institution is toegelaten.
Marie en Pierre Curie, pioniers in het onderzoek naar radioactiviteit.