standen te beschermen, de selve te vvorpen in den schoot van het diep-sinnigh oordeel van uvve Vaderlijcke sorghvuldigheydt; dies te meer, om dat de teerigheyt van dese mijne eerste vrucht meer onderstant ende voor-sprake ver-eyscht.
Aenveert dan, Eervveerdighsten Vader, aenveert onder uvve beschermenisse dit teer ende onnoosel dicht, 't vvelck voor den dagh comende om een ander te verlichten, selve vervaert is voor het licht, ende over-sulcks sijnen toevlucht neemt tot uvve Vaderlijcke voorsichtigheydt als tot den Arent, om aldus van u aen het licht gheproeft, ende aenveert