| |
Smeekbeden tot de heilige Moeder Gods
* ‘Onder uw bescherming’
Van dit smeekgebed tot de Moeder Gods heeft men enkele zeer oude Griekse teksten gevonden. Ook nu nog is het in de liturgie en devotie van het Oosten een der meest geliefde gebeden. In de moderne Latijnse getijdenboeken bleef het slechts behouden voor de Kleine Getijden van de Moeder Gods.
Onder uw bescherming vluchten wij, heilige Moeder van God; versmaad onze gebeden niet in onze nood, maar verlos ons altijd van alle gevaren, o glorierijke en gezegende Maagd.
| |
Gebeden uit de Oosterse liturgieën
Daar wij het zelf niet wagen om wille van onze vele zon- | |
| |
den, spreek gij ten beste bij Hem dien gij hebt gebaard, Moeder van God en Maagd; want veel vermag het gebed van de Moeder om den Meester welwillend te stemmen. Versmaad het smeken der zondaren niet, eerbiedwaardige, want vol ontferming is Hij en machtig ons te redden, Hij die zelfs heeft aanvaard voor ons te lijden.
Glorierijke Maagd, verhelder met de geestelijke stralen van uw licht het duister onzer ziel, gij die de poort zijt van het goddelijke licht; en wil ontrukken aan het eeuwige vuur, o reine, hen die in geloof en liefde u met zangen eren. Van God gezegende Maagd, met graagte stel ik geheel mijn hoop op u; red mij, Moeder van het ware leven; en bid dat van eeuwige vreugde worden vervuld, o zuivere, zij die in geloof en liefde u met zangen eren.
Gij heilige Maagd, door wie ons geslacht, dat list van zonde had verdorven, is geheiligd, smeek met ons tot uw Zaligmaker, dat Hij ons heilige en, door uw gebeden omschaduwd, in leven beware. Moeder van Hem die ons het leven geeft, gij dienstmaagd van onzen Schepper, wees ons een muur van toevlucht te allen tijde.
| |
Gebed, toegeschreven aan Basilius van Seleucia
Alheilige Maagd, als wij alle eerbewijs en lofspraak op u toepassen die wij kunnen bedenken, misdoen wij niet tegen de waarheid, maar doen wij slechts te kort aan uw heerlijkheid. Gij, zie in uw goedheid uit den hoge op ons neer, en leid ons in vrede. Neem ons bij de hand, zodat wij zonder schaamte naderen tot de troon van het oordeel. Doe ons daar staan aan de rechterzijde, opdat wij worden opgenomen ten hemel en tezamen met de engelen bezingen de ongeschapen Drievuldigheid, die één is in wezen, geestelijk en hoog te prijzen: Vader, Zoon en Heiligen Geest; nu en altijd, en in de eeuwen der eeuwen. Amen.
| |
Gebed van den heiligen Germanus van Konstantinopel
Alzuivere en algoede Meesteres, die rijk zijt aan ontferming, troost der christenen, barmhartige artsenij van hen die lijden, bereidwillige toevlucht der zondaars, doe ons uw bijstand niet ontberen. Want waarheen zullen wij gaan, als wij door u worden verlaten? Wat zou er van ons worden, alheilige Moeder van God, die der christenen adem en leven zijt? Uw zeer heilige naam, die altijd en overal door uw dienaren met de mond wordt uitgesproken, is niet slechts het teken, maar de oorzaak zelve van leven, van blijdschap en hulp. Bescherm ons onder de vleugelen van uw goedheid; sta ons bij met uw voorspraak; geef ons het eeuwige leven, gij nimmer beschaamde hoop
| |
| |
der christenen. Want als wij, arm als we zijn aan heilige werken, de rijkdom van goedheid zien welke ons in u wordt geschonken, laat ons dan zeggen: Vervuld is de aarde van de ontferming des Heren. In menigte van zonden zijn wij van God afgedwaald, maar door u kunnen wij Hem zoeken en vinden; en als wij Hem vinden, hebben wij het heil verworven. Wel machtig is, o Moeder van God, uw hulp tot onze zaligheid; en geen andere hebben wij nodig om onze middelaar te zijn bij God.
Wie draagt als gij, na uw Zoon, zorg voor het mensdom? Wie verdedigt ons zo krachtig in onze kwellingen? Wie ontrukt ons zo spoedig aan de bekoringen die ons benauwen? Wie is machtig als gij in uw gebed voor de zondaars? Wie pleit als gij, wanneer alle hoop vervlogen schijnt? Want met de vrijmoedigheid en de macht van een Moeder nadert gij tot uw Zoon; gij redt door uw voorbede hen die om wille van hun zonden reeds zijn veroordeeld en niet wagen ten hemel op te zien, en bevrijdt hen van de eeuwige straf. Daarom vlucht tot u al wie in nood is, valt u te voet wie onrecht lijdt, en roept uw bijstand in al wie in kwaad is verstrikt. Hoe wonderbaar, o Moeder Gods, zijn uwe werken, hoezeer boven natuur en alle inzicht en macht verheven. Hoe machtig uw bijstand is, vermogen wij niet te begrijpen. Zie uit uw heilige woning neder op de gelovige schare, wier rijkdom het is dat zij u haar Koningin en Meesteres mag noemen. Door uw heilige bescherming, Moeder van God, ontruk hen aan alle ramp en kwelling; bewaar hen voor ziekte, onheil en alle beproeving. Vervul hen met blijdschap, met genezing en met alle genade. En bij de komst van uw Zoon, den barmhartigen God, als wij allen voor Hem staan ten oordeel, bevrijd ons dan met uw krachtige hand - in de vrijmoedigheid en de macht welke gij als Moeder bezit - van het eeuwige vuur, en maak dat wij deel hebben aan de eeuwige goederen. Door de genade en de ontferming van Hem die uit u werd geboren, onzen Heer Jesus Christus, wien de heerlijkheid zij en de macht, nu en in de eeuwen der eeuwen. Amen.
| |
Gebed van den heiligen Joannes van Damascus
Roem der maagden en der moeders rijke sier! O Moeder die geen man bekende; Maagd die zwanger gaat van een Zoon! O wonder, waardoor de van God gezonden profeten worden overstemd, en wier heerlijkheid de glans der heilige engelen doet vervagen! Luister genadig naar het smeken van uw dienaren, die uw hulp inroepen. Spreek voor ons ten beste bij uw Zoon en God, opdat Hij onze zonden vergeve en onze zwakheid moge bijstaan; dat Hij ons bevrijde van den geeste- | |
| |
lijken Pharao, zoals Hij Israël ontrukt heeft aan de waterkolken; dat Hij ons veilig voere door de woedende en stormenrijke zee dezer wereld, en ons doe uitrusten van ons zwoegen aan tichels en geestelijk leem.
Uw voorbede, Maria, wordt niet teruggewezen, en uw gebed wordt niet versmaad. Want gij moogt toeven in de nabijheid van het enkelvoudige goddelijke Wezen; gij moogt nadertreden tot de heilige Drievuldigheid, daar gij verheven zijt boven de scharen der cherubim en heerlijk zijt boven de rijen der seraphim. Mogen wij, zolang wij in deze voorbijgaande wereld verblijven, door uw bemiddeling worden bijgestaan om goede werken te verrichten, worden bewaard voor boze daden, en na onze overgang komen tot den verheven en eeuwigen God, tot de geneugten van het rijk der hemelen en het verblijf in het land der levenden, en daar het eeuwige leven leiden waarnaar de zuiveren verlangen; door Jesus Christus, die de bron is van de rijkdom welke Hij zelf ons verkondigde, toen Hij ons heeft verlost. Hem zij heerlijkheid en heiligheid, met den Vader en den Heiligen Geest, nu en altijd, en in de eeuwen der eeuwen. Amen.
| |
Gebed van den heiligen Bernardus
Mogen wij door u toegang hebben tot uw Zoon, gezegende, die genade hebt gevonden, oorsprong van het leven en Moeder van het heil; opdat door u ons ontvange Hij, die ons door u is gegeven. Moge bij Hem uw volmaaktheid ons ter verontschuldiging strekken voor de schuld onzer boosheid; moge uw Godgevallige ootmoed vergeving verwerven voor onze ijdelheid. Uw overvloedige liefde bedekke de menigte onzer zonden, en uw glorievolle vruchtbaarheid schenke ons vruchtbaarheid van verdiensten. Onze meesteres, onze middelares, onze voorspreekster, beveel ons aan uw Zoon, verzoen ons met uw Zoon, doe ons kennen aan uw Zoon. Verkrijg, gezegende, door de genade welke gij hebt gevonden, door de uitverkiezing welke gij waardig zijt geweest, door de ontferming welke gij hebt doen geboren worden, dat Hij, die door u onze zwakheid en ellende heeft willen delen, zo ook door uw tussenkomst ons deelgenoten maakt aan zijn glorie en zaligheid: Jesus Christus, uw Zoon, onzen Heer, die als God boven alles de gezegende is in eeuwigheid. Amen.
| |
* ‘Memorare’
Dit gebed sluit zozeer aan bij wat de heilige Bernardus over de algemene bescherming en voorspraak van de heilige Moeder Gods heeft geleerd, dat men lange tijd dezen kerkleraar als de auteur er van heeft beschouwd.
Gedenk, o goedertierenste Maagd Maria, dat het nooit gehoord is, dat iemand die tot u zijn toevlucht nam, uw hulp afsmeekte en om uw bij- | |
| |
stand vroeg, verlaten is geworden. Gesterkt door zulk een vertrouwen, nader ik, Maagd der maagden, Moeder, tot u, kom ik tot u, sta ik voor u, vol weemoed en zonde. Versmaad mijn woorden niet, o Moeder van het Woord; maar in uw goedheid luister, en verhoor mij. Amen.
| |
* Oud smeekgebed tot de heilige Moeder Gods
Zalige Maagd Maria, wie vermag naar waarde u in plicht van dank en lofzang te vergelden, dat gij door uw wonderbare toestemming de gevallen wereld zijt te hulp gekomen? Welke lofprijzing kan onze zwakke menselijke natuur voor u aanstemmen, daar zij door uw tussenkomst alleen de toegang tot herstel heeft gevonden? Aanvaard daarom onze dank, hoe arm deze ook is en uw verdiensten onwaardig; en als gij onze beden aanneemt, verwerf ons door uw voorspraak de vergeving onzer schuld. Breng ons smeken binnen in het heiligdom van de hemelse verhoring, en reik ons van daar de artsenij der verzoening. Mogen de zonden, welke wij door u aan God wagen voor te leggen, door u vergeving vinden; moge verhoord worden hetgeen wij in geloof vragen. Aanvaard wat wij offeren; schenk wat wij vragen; bewerk de vergeving voor wat wij vrezen, gij, die de enige hoop zijt der zondaars. Door u hopen wij kwijtschelding onzer misdaden, en door u, allerzaligste, verwachten wij ons loon. Heilige Maria, kom de ellendigen te hulp, sta de wankelmoedigen terzijde, troost de wenenden, bid voor het volk, spreek ten beste voor de priesters, wees de voorspraak voor het vrome geslacht der vrouwen; mogen uw bijstand ondervinden allen die uw heilige gedachtenis vieren. Wees altijd bereid ons bij te staan als wij bidden, en reik ons het verhoopte antwoord. Het zij uw voortdurende zorg te bidden voor het volk van God, gij, gezegende, die verdiend hebt te dragen den Verlosser der wereld, die leeft en heerst in de eeuwen der eeuwen. Amen.
| |
Gebed van den heiligen Bonaventura
Glorierijke Maagd, die Maria wordt genoemd, dit is Ster der zee; die Maria wordt genoemd, dit is Bittere Zee; die Maria wordt genoemd, dit is Meesteres; bid voor ons, die verlicht moeten worden, gereinigd en tot volmaaktheid gebracht. Daar gij immers de Ster zijt der zee, bid voor ons dat wij verlicht worden. Daar gij de Bittere Zee zijt die ieder bederf weert, bid voor ons dat wij worden gereinigd. Daar gij de Meesteres zijt, bid voor ons dat wij tot volmaaktheid komen. Want deze drie dingen hebben wij nodig opdat Gods Woord in ons ten volle werkzaam zij; het Woord Gods immers is er op gericht ons verlichting te brengen in
| |
| |
het verstand, ons reiniging te schenken in ons gevoel, en ons tot volmaaktheid te brengen in de uiting onzer werken. Wij kunnen dit niet bereiken zonder de tussenkomst van de glorievolle Maagd; en daarom bidden wij haar, dat zij voor ons ten beste spreekt en ons de genade verwerft zo het Woord Gods in ons op te nemen, dat het ons verlichte, reinige en vervolmake.
| |
Gebed, toegeschreven aan den heiligen Thomas van Aquino
Zeer zalige en zoete Maagd Maria, Moeder van God, vol liefde en goedheid, dochter van den allerhoogsten Koning, Meesteres der engelen, Moeder van den Schepper van het heelal, vandaag en alle dagen van mijn leven beveel ik in de schoot van uw ontferming mijn lichaam en mijn ziel, al mijn daden, gedachten, begeerten, verlangens, woorden, werken, geheel mijn leven en mijn sterven; opdat zij door uw hulp worden beschikt ten goede, volgens de wil van uw beminden Zoon, onzen Heer Jesus Christus. Wees gij, alheilige Meesteres, mijn hulp en vertroosting tegen de listen en lagen van den ouden vijand en van allen die mij kwaad willen doen.
Verkrijg voor mij van uw beminden Zoon, onzen Heer Jesus Christus, de genade waardoor ik krachtig kan weerstaan aan de verleidingen van wereld, vlees en duivel, en altijd het onwankelbare voornemen kan handhaven niet meer te zondigen, maar te volharden in uw dienst en in die van uw beminden Zoon. Ik bid u ook, mijn heilige Meesteres, voor mij te verkrijgen waarachtige gehoorzaamheid en ootmoed des harten; opdat ik naar waarheid erkenne dat ik een ellendige en zwakke zondaar ben, niet in staat iets goeds te verrichten, of zelfs weerstand te bieden aan herhaalde bekoringen, zonder de genade en bijstand van mijn Schepper en zonder uw heilige voorbede. Verwerf mij, allerzoetste Meesteres, een waarachtige liefde om uw allerheiligsten Zoon, onzen Heer Jesus Christus, met geheel mijn hart en boven al te beminnen, en om u lief te hebben na Hem. Moge ik ook mijn naaste beminnen, in God en om wille van God, mij verheugen over zijn goed, bedroefd zijn over zijn rampspoed, niemand minachten of lichtvaardig oordelen, en nimmer mijzelf in mijn hart boven anderen stellen.
Maak, o Koningin des hemels, dat ik zowel de vrees als de liefde voor uw allerzoetsten Zoon steeds in mijn hart drage; dat ik voor zo grote weldaden, welke mij niet om wille van mijn verdiensten maar door zijn ontferming werden geschonken, immer dank zegge; en dat ik mijn zonden oprecht belijde en in waarachtige boetvaardigheid bewene, opdat ik zijn barmhartigheid en genade moge verwerven.
| |
| |
En ten slotte bid ik u, enige Moeder, poort des hemels en pleitbezorgster der zondaars, niet toe te laten dat ik, uw onwaardige dienaar, aan het eind van mijn leven van het heilige katholieke geloof zou afdwalen. Kom mij dan in uw grote liefde en ontferming te hulp; bescherm mij tegen de boze geesten; verkrijg voor mij, die vertrouw op het glorievolle lijden van uw gezegenden Zoon en op uw voorbede, vergiffenis van mijn zonden; doe mij sterven in uwe en zijne liefde, en geleid mij op de weg van het heil. Amen.
| |
Gebed van den heiligen Joannes van het kruis
Allerheiligste Maria, Maagd der maagden, tempel van de heilige Drievuldigheid, spiegel der engelen, zekere toevlucht der zondaars, heb medelijden met onze ellende, neem in uw goedheid onze smeekbede aan, en verzoen de toorn van uw allerheiligsten Zoon.
| |
Gebed van den heiligen Franciscus van Sales
Wees gegroet, allerzoetste Maagd Maria, Moeder van God. Gij zijt ook mijn Moeder en Meesteres; daarom vraag ik u mij aan te nemen als uw zoon en dienaar, want ik wil geen andere Moeder en Meesteres meer dan u. Ik bid u dan, mijn goede, schone en zoete Moeder, mij te willen troosten in al mijn angsten en noden, zowel naar de geest als naar het lichaam. Wees indachtig, zoete Maagd, dat gij mijn Moeder zijt en dat ik uw zoon ben, dat gij zeer machtig zijt en ik niet meer dan een arm en zwak schepsel. Daarom smeek ik u, zoete Moeder, mij te besturen en te verdedigen op al mijn wegen en bij al mijn handelingen; want ik ben, helaas, een povere bedelaar, die uw heilige bescherming zeer van node heeft. Welaan dan, zeer heilige Maagd, mijn zoete Moeder, bewaar en bevrijd mijn lichaam en ziel van alle kwaad en gevaar, en doe mij, bid ik u, deel hebben aan uw goederen en uw deugden, vooral aan uw heilige ootmoed, uw heerlijke zuiverheid en uw brandende liefde.
Zeg niet, heerlijke Maagd, dat gij het niet kunt; want uw beminde Zoon heeft u alle macht gegeven, zowel in de hemel als op aarde. En zeg evenmin, dat het uw plicht niet is; want gij zijt de gemeenschappelijke Moeder van alle arme stervelingen en in het bijzonder de mijne. Als gij het niet zoudt kunnen, zou ik u verontschuldigen en zeggen: Het is waar dat zij mijn Moeder is en mij liefheeft als haar kind, maar zij is arm en vermag mij niets te geven. En als gij mijn Moeder niet waart, zou ik moeten berusten en zeggen: Weliswaar is zij rijk genoeg om mij te hulp te komen, maar omdat zij, helaas, mijn Moeder niet is, bemint zij mij niet. Nu gij echter, zeer zoete Maagd, zowel mijn Moeder zijt als een
| |
| |
grote macht bezit, wat zal ik tot uw verontschuldiging zeggen, als gij mijn nood niet lenigt en mij uw hulp en bijstand onthoudt? Zie, Moeder, hoe gij wel gedwongen zijt mij te geven wat ik u vraag.
Wees verheerlijkt boven de hemelen en de aarde, roemrijke Maagd en mijn zeer verheven Moeder, Maria, en om wille van de glorie en de eer van uw Zoon neem mij aan tot uw kind, zonder acht te slaan op mijn ellende en mijn zonden. Bevrijd mijn ziel en mijn lichaam van alle kwaad, en schenk mij uw deugden, vooral die van de nederigheid. Verrijk mij met alle gaven, goederen en genaden, welke behagen aan de allerheiligste Drievuldigheid, Vader, Zoon en Heiligen Geest. Amen.
| |
Gebed van Léonce de Grandmaison
Heilige Maria, Moeder van God, laat mijn hart blijven als het hart van een kind, zuiver en doorzichtig als een klare bron. Vraag voor mij een hart vol eenvoud, dat niet opzettelijk bezig blijft met het koesteren van ondervonden droefheid; een grootmoedig hart, dat blij zich geeft; een teder hart, dat met anderen medelijdt; een trouw en edelmoedig hart, dat geen weldaad vergeet, en geen wrok blijft dragen voor geleden kwaad. Maak mijn hart zacht en nederig, liefde gevend zonder aanspraak te maken op wederliefde, blij als het in een ander hart plaats mag maken voor uw goddelijken Zoon; een nobel en onoverwinnelijk hart, dat door geen ondankbaarheid gesloten en door geen onverschilligheid vermoeid kan worden; een hart dat gepijnigd wordt om wille van de glorie van Jesus Christus, dat wordt gewond door zijn liefde, en dat eerst in de hemel genezing vindt voor zijn kwetsuren.
| |
Gebed van de heilige Gertrudis de Grote omvermeerdering van geloof
Wees gegroet Maria, Koningin vol goedheid, balsem van barmhartigheid, door wie wij het geneesmiddel des levens hebben ontvangen; wierook van ontferming, maagdelijke Moeder van den goddelijken Spruit, door wien ons de genade van het hemelse licht is ten deel gevallen, de geurende Spruit van Israël. Zie hoe gij door uw Zoon de waarachtige Moeder zijt geworden van allen, van wie uw Eniggeborene het niet beneden Zich heeft geacht de broeder te worden. Neem mij daarom aan, mij onwaardige, om wille van zijn liefde, in uw moederlijke zorgen; ondersteun en bewaar mijn geloof, en onderricht mij opdat mijn geloof nog hechter worde. Wees gij mede de oorsprong van mijn nieuwe leven en van mijn geloof, zodat ik u in eeuwigheid mijn bijzondere en liefderijkste Moeder mag noemen, die altijd bereid zijt in
| |
| |
uw liefde zorg voor mij te dragen tijdens dit leven, en die mij in het uur van mijn dood opneemt in uw moederlijke omhelzing. Amen.
| |
Opdracht aan onzen heer Jesus door de handen van de Moeder Gods
door den heiligen Louis Grignion de Montfort
Zozeer was de heilige Louis Grignion de Montfort vervuld van de gedachte dat geheel onze persoon gericht moet zijn op onzen Verlosser en Heer, en dat de machtige voorspraak van de Moeder Gods daartoe een zeer belangrijk hulpmiddel is, dat hij niet schroomde onze toewijding aan Christus en zijn heilige Moeder een ‘slavernij’ te noemen. Wij moeten wel bedenken, dat door deze ongewone uitdrukking onze gemeenschap met Christus wordt bedoeld, welke volgens de overtuiging aller christenen de weg is der heiliging; en dat door de slavernij ten opzichte van de Moeder Gods het vertrouwen en de liefdevolle dienstbaarheid worden verstaan, welke alle vromen in vroeger en later tijd de Moeder der christenheid hebben bewezen.
Eeuwige en mensgeworden Wijsheid, allerbeminnelijkste en aanbiddelijke Jesus, waarachtig God en waarachtig mens, enige Zoon van den eeuwigen Vader en van Maria altijd Maagd, ik aanbid U zoals Gij in eeuwigheid in de schoot en de luister van uw Vader zijt, en zoals Gij in de tijd van uw menswording in de maagdelijke schoot zijt geweest van Maria, uw allerwaardigste Moeder.
Ik zeg U dank, omdat Gij U tot het uiterste hebt vernederd en de gedaante van een slaaf hebt aangenomen om mij aan de gruwelijke slavernij des duivels te ontrukken. Ik prijs en verheerlijk U, omdat Gij U in alles hebt willen onderwerpen aan uw heilige Moeder Maria, om mij door haar tot uw getrouwen slaaf te maken. Maar helaas, ondankbaar en ontrouw als ik ben, heb ik de beloften gebroken, welke ik U bij mijn doopsel zo plechtig heb afgelegd. Ik heb mijn plichten verwaarloosd, en verdien niet uw kind of zelfs uw slaaf genoemd te worden. Niets is er in mij, dat niet uw afkeer en toorn opwekt, en daarom durf ik niet meer uit mijzelven te naderen tot uw heiligste en verheven Majesteit. Om deze reden neem ik mijn toevlucht tot de voorspraak van uw zeer heilige Moeder, die Gij mij tot Middelares bij U hebt gegeven. Op deze wijze hoop ik van U berouw over mijn zonden en vergiffenis te verkrijgen, wijsheid te verwerven en die te bewaren.
Ik groet U daarom, onbevlekte Maria, levende tabernakel van de Godheid, waar de eeuwige Wijsheid in zijn verborgen staat aanbeden wil worden door de engelen en de mensen. Ik groet u, Koningin van hemel en aarde, aan wier heerschappij alles beneden God is onderworpen. Ik groet u, zekere toevlucht der zondaars, wier ontferming niemand ontbreekt. Verhoor mijn verlangens naar goddelijke wijsheid, en aanvaard daartoe de gebeden en offers
| |
| |
welke ik u in mijn vernedering aanbied.
Ik, N., ontrouwe zondaar, vernieuw en bevestig heden in uw handen mijn doopbeloften. Voor altijd verzaak ik aan Satan, aan zijn ijdelheden en werken, en ik geef mij geheel aan Jesus Christus, de mensgeworden Wijsheid, om in navolging van Hem mijn kruis te dragen alle dagen van mijn leven. En opdat ik Hem trouwer moge zijn dan ik tot nu toe ben geweest, kies ik heden u, Maria, in tegenwoordigheid van geheel het hemelse hof, tot mijn Moeder en Meesteres.
Ik geef en wijd u toe, als uw slaaf, mijn lichaam en ziel, mijn inwendige en uitwendige goederen, zelfs de waarde van mijn goede werken in verleden, heden en toekomst. Daarbij laat ik u het volstrekte en volledige recht over mij en al het mijne, zonder enige uitzondering, naar uw welbehagen in tijd en eeuwigheid te beschikken, tot grotere heerlijkheid van God.
Aanvaard, liefdevolle Maagd, deze geringe offerande van mijn slavernij ter ere van en in gemeenschap met de onderwerping, welke de eeuwige Wijsheid ten opzichte van uw moederschap heeft willen beoefenen; aanvaard ze als een bewijs van mijn eerbied voor de macht welke Gij beiden over dezen nietigen aardworm en ellendigen zondaar bezit, en als een dankzegging voor de voorrechten waarmede de heilige Drievuldigheid u heeft begunstigd. Ik betuig dat ik voortaan, als uw waarachtige slaaf, uw eer wil zoeken en u in alles wil gehoorzamen.
Bewonderenswaardige Moeder, breng mij tot uw geliefden Zoon als zijn slaaf voor immer, opdat Hij mij, na mij door u te hebben vrijgekocht, door u ontvange. Moeder van barmhartigheid, verkrijg voor mij de genade dat ik de ware wijsheid Gods verwerve en mij daartoe stelle onder het getal van hen die gij als uw kinderen en slaven liefhebt, onderricht, geleidt, voedt en in bescherming neemt. Getrouwe Maagd, maak mij in alles een zo volmaakten leerling, navolger en slaaf van de mensgeworden Wijsheid, Jesus Christus uw Zoon, dat ik door uw voorspraak en naar uw voorbeeld kome tot de volheid van zijn gestalte op aarde, en tot zijn heerlijkheid in de hemel. Amen.
(Volle aflaat onder de gewone voorwaarden op het feest van de Onbevlekte Ontvangenis en op 28 April.)
|
|