Woord vooraf
In januari 1665 zag men op ver uiteenliggende plaatsen op de wereld een uitzonderlijk heldere komeet.
Bange voorgevoelens bracht dit natuurverschijnsel. Een staartster was immers altijd de aankondiging van rampen, oorlogen, ziekte en dood!
Voor de mensen van die tijd leek het oude bijgeloof maar al te zeer uit te komen. Het jaar van de komeet bracht pest in Europa, oorlog tussen Holland en Engeland, gevaar en ontberingen voor kooplieden en reizigers.
Wie aan het eind van 1665 terugkeek op het voorbije jaar, kon de indruk krijgen dat zijn lot in dat jaar sterk bepaald was door de ‘droevige staartster’.
Zeker was dit het geval met David Simmons uit het Engelse stadje Colchester, met de broers Arie en Jacob Pluym en met Benjamin Furly uit Rotterdam. Tochtgenoten op hun reis door de tijd bleken ze door alle ontberingen heen ook samen op weg vanuit alle hoeken van de aarde naar één zelfde huis: de gastvrije woning van Benjamin Furly in Rotterdam.
Het is januari 1665.
Arie Pluym begint in Indië de lange en gevaarlijke reis naar Holland met een grote retourvloot van de Verenigde Oostindische Compagnie.
Jacob Pluym, in dienst van de Westindische Compagnie, ligt gewond in Guinee. Een jaar vol ontberingen en gevaren wacht hem.
David Simmons in Colchester zal op reis gaan naar Rotterdam, naar Benjamin Furly. Er dreigt oorlog. Zal David nog naar Nederland kunnen reizen? Diezelfde bange vraag stelt Dorothy Graigne zich, zij is de bruid van Benjamin Furly. In Rotterdam kijkt Benjamin uit naar de komst van Dorothy en David die samen de overtocht zullen wagen. Hij kijkt ook uit naar nieuws over Arie en Jacob Pluym, de wee jongens die hij na de dood van hun ouders jarenlang verzorgd heeft.
Arie Pluym in Indië, Jacob Pluym in Guinee, David Simmons en Dorothy Graigne in Colchester en Benjamin Furly in Rotterdam beginnen elk apart het nieuwe jaar.
Wat zal 1665 hun brengen?
Welke verrassingen wachten hun in het jaar van de komeet?