Thomas
(1996)–Nanne Bosma– Auteursrechtelijk beschermdEen verhaal uit 1688
[pagina 7]
| |
[pagina 8]
| |
Die reis duurde toen wel twee of drie dagen. Je kon alleen met een paard reizen of je moest lopen. En de wegen waren heel slecht, soms zakte je diep weg in de modder. Dit verhaal gaat over die reis in de 17de eeuw en over alles wat Thomas toen beleefde.
Wat is Thomas voor een jongen? Thomas kan heel goed met dieren omgaan. Zelfs wilde paarden worden rustig als Thomas met ze praat. Dat is heel knap van Thomas. Toch denken de mensen dat hij een beetje gek is. Waarom? Doet hij zo raar? Welnee, hij is een heel gewone jongen. Maar Thomas praat een beetje vreemd. Hij praat erg onduidelijk, niemand verstaat hem. Niemand? Vader en moeder begrijpen hem. Dat vindt Thomas genoeg.
Thomas let niet op die andere mensen. Hij praat liever met dieren. Dieren begrijpen hem altijd. Vooral zijn schaap Bobo vindt hij heel lief. Thomas kreeg Bobo een paar jaar geleden. Toen praatte Thomas nog niet. Nu wel, hij praat heel veel, vooral met Bobo. | |
[pagina 9]
| |
Wat zegt hij allemaal? Ik weet het niet, ik kan het ook niet verstaan.
Waar woont Thomas? Het dorp van Thomas ligt tussen hoge heuvels, niet ver van de zee. Het is maar een klein dorp. In een klein dorp kennen alle mensen elkaar. Thomas kent iedereen en iedereen kent Thomas. De vader van Thomas is een belangrijk man. Hij is de smid van het dorp. | |
[pagina 10]
| |
Hij kan alles maken wat van ijzer is. Hij kan ook heel goed paarden beslaan. Wat is dat: beslaan? Heel gewoon, een paard heeft ijzer onder zijn hoeven. Een hoefijzer, dat kan de smid vastmaken. Dan moet het paard wel even stilstaan. Als dat niet lukt, roept de smid Thomas. Die maakt het paard dan rustig. Zo helpt Thomas zijn vader. ‘Je bent heel knap’, zegt vader dan. Hij is trots op zijn zoon. ‘Die jongen van mij, die kan alles’, zegt hij.
Moeder houdt ook veel van Thomas. Maar ze wil wel dat hij beter praat. ‘Wat moet die jongen later worden?’, denkt ze. ‘Niemand begrijpt hem.’ Ze kan Thomas niet helpen, het is zo druk in huis. Moeder heeft nooit tijd, ze moet altijd werken. In huis of in de tuin, ze is altijd bezig. Niemand helpt Thomas om goed te leren praten.
Thomas heeft twee zusjes, maar daar leert hij niets van. Dat zijn nog kleine kinderen, die zijn pas twee en vier jaar. Thomas is veel groter. | |
[pagina 11]
| |
Wat gebeurde er in 1688? In Nederland woonde toen een prins, Prins Willem de Derde, de Prins van Oranje. In Engeland hadden ze een koning. Dat was geen goede koning. De mensen klaagden over hem. Ze vroegen aan de Prins van Oranje of die de koning van Engeland weg wilde jagen. Dat heeft de prins gedaan. Hij is met een heleboel schepen naar Engeland gevaren, naar de haven bij het dorp van Thomas. In die schepen zaten duizenden soldaten en heel veel paarden. Al die soldaten kwamen door het dorp van Thomas. Met hun paarden, hun karren, met kanonnen en geweren, een heel leger. Dat was een gebeurtenis! Thomas vond het prachtig.
En waarom ging Thomas die verre reis maken, driehonderd jaar geleden? Dat lees je verder in dit boek. |
|